#50books 3-16: boeken uit de aanbieding

Spring je ook uit de band bij de boekenopruiming?

Dat is Hendrik-Jans derde vraag in #50books jaargang 2016. Eerlijk gezegd was het hele fenomeen boekopruiming nieuw voor me. Tenminste, in die zin dat boeken op bepaalde momenten in het jaar net als kleding in de aanbieding zijn. Daar was ik me niet van bewust. Mijn antwoord op deze vraag kan dan ook kort zijn: nee.

Toch zie ik in boekhandel wel regelmatig een bak met afgeprijsde boeken liggen. Daar snuffel ik dan doorheen, maar ik vind zelden iets van mijn gading. Om redenen die ik vorige week aangaf, probeer ik al enige jaren het aanschaffen van papieren boeken tot een minimum te beperken wat tot gevolg heeft dat ik vaker e-books aanschaf. Maar ook hier laat ik me niet leiden door aanbiedingen of door de maandelijkse overzichtspost van Raymond Snijders van waar de papieren top 5 uit de Bestseller 60 het goedkoopst te krijgen is als e-book.

Nee, ik ben geen boekenkoopjesjager. Wat niet wil zeggen dat ik altijd de prijs betaal voor een boek die door de uitgever vastgesteld is, maar dat heeft er meer mee te maken dat ik mijn boeken voor een groot gedeelte tweedehands heb gekocht. Wat overigens niet wil zeggen dat ik dan altijd goedkoop uit ben.

Zo maakte AbeBooks een aantal jaren geleden bekend dat een eerste druk van het allereerste Biggles-boek, The Camels are coming uit 1932 maar liefst 17.500 Amerikaanse dollar had opgebracht. Ik was niet de koper en ook niet de verkoper.

Ik wil maar zeggen, soms ben je tweedehands goedkoper soms een beetje duurder. Zo had ik er het afgelopen zaterdag tijdens de Arendsoog nieuwjaarsborrel over dat ik erover dacht om binnenkort iets van Captain W.E. Johns aan te schaffen. “Dat boek kost maar 80 euro, dus dat is te doen.” De reactie van mijn gesprekspartner: “Als je dat tegen mijn vriendin zegt dan verklaart ze je voor gek, maar ik begrijp je.”

Heb ik nou afkickverschijnselen?

Vandaag een mooie dag gehad. Ik was eigenlijk van plan daar een impressie van te schrijven maar besloot dat het niet nodig was. En dat ik niet hoefde te bloggen, want een nieuw blogonderwerp hoefde niet zo nodig.

Maar daar zat ik dan voor de tv. Het kon me niet meer boeien, ik wilde zelf iets actiefs doen, merkte ik. Blijven zitten en tv-kijken is de laatste weken steeds lastiger. Sinds ik mijn blogfrequentie serieus omhoog heb gebracht, wil ik actiever zijn. Ik wil zelf iets schrijven, scheppen. Zelfs met lezen heb ik enigszins moeite, al weet ik dat te ondervangen door te mezelf als doel te stellen te bloggen over wat ik lees. En Goodreads helpt ook.

Wat ik eerder met het wandelen al merkte, valt me nu dus ook op met bloggen. Ik wil er mee bezig blijven en als net als ik denk: vandaag sla ik een dag over, begint het toch wel ontzettend te kriebelen.

De behoefte steekt de kop op en gelukkig is het geen gewoonte die de gezondheid schaadt, dus schuif ik graag kranten en bijbehorende magazines nog even aan de kant om toch wat te bloggen.

Maar nu vraag ik me dus wel af of ik ontwenningsverschijnselen heb. Mooie vraag voor de #blogpraat tweetup.

Over meetups gesproken; waarom ik vandaag zo’n mooie dag had: ik was met een klein gezelschap in Apeldoorn voor de Arendsoog nieuwjaarsborrel. Ja,echt waar, ik lees meer dan alleen Biggles. Een of twee keer per jaar zien we elkaar in iemands saloon en het blijft ontzettend leuk, onder elkaar met een gemeenschappelijke hobby.

A mind for numbers: eerste indrukken

Deze week ben ik dan begonnen met A mind for numbers van Barbara Oakley, het boek dat aan de basis stond van de MOOC Learning how to learn die ik in november volgde.

Ik heb pas drie van de achttien hoofdstukken gelezen maar tot nu toe bevalt het prima. Oakley heeft een prettige, humoristische en persoonlijke schrijfstijl die ervoor zorgt dat ik behoorlijk in het boek gezogen wordt. Het is dat ik vandaag een behoorlijk stijve nek had en dat jammer genoeg ook bij het lezen wat voel – en bij het typen – anders had ik vandaag flink meters gemaakt.

Wat me aan het boek aanspreekt, is dat het actiever is dan de MOOC. De MOOC was toch vooral korte filmpjes met uitleg kijken – boeiende en interessante filmpjes en op een aanstekelijke manier verteld, dat wel. Daarnaast werd je kennis regelmatig getest met multiple choice vragen. Al met al een prima combinatie, zo bleek toen ik laatst de eindtoets opnieuw maakte.

Het boek is actiever. Er staan in elk hoofdstuk meerdere Now you try! fragmenten waar je met een kleine opdracht kunt proberen de theorie toe te passen. Erg leuk en meteen een aansporing om Now you try! te blijven proberen. Het leuke is dat het weinig moeite kost om ideeën voor toepassingen buiten het boek te vinden.

Daarnaast eindigt elk hoofdstuk met een Pause and recall opdracht. Zelf (aan iemand) vertellen wat je net gelezen/geleerd hebt, is namelijk een erg effectieve manier om dingen te onthouden. Sinds het lezen van Lezen, weten en niet vergeten van Mark Tigchelaar en het volgen van de MOOC pas ik deze theorie en het geeft me echt het idee dat ik wat ik leer beter onthoud en toepas.

Dit gezegd hebbende ben ik benieuwd of het boek ook nog nieuwe technieken brengt ten opzichte van het college, of dat alleen maar zorgt voor verdieping en me nog meer ermee aan de slag laat gaan. Dat laatste lijkt mij op zichzelf trouwens al mooi.

#WOT 2-16: Even F5-en

MSX BASIC

Ja, die functietoets F5, die is toch altijd wel magisch. Al vanaf onze allereerste computer. Dat was een MSX2 – eerst een Philips NMS 8245, later een tot een NMS 8255 omgebouwde NMS 8250, voor de liefhebbers. Het mooie van die computers was dat ze niet standaard met DOS waren uitgerust maar met BASIC. In de meeste gevallen was er wel een menu in de autoexec.bas opgenomen, maar niet altijd.

En in dat geval kwam F5 om de hoek kijken. Toen heette het volgens mij nog niet “even F5-en” of “ff F5-en” maar om een programma op te zoeken of te openen had je het commando files en daarna load "programma.bas" gevolgd door… F5. Dan werd het programma – in verreweg de meeste gevallen een spelletje – opgestart.

Later ontdekte ik dat je in plaats van F5 ook kon volstaan met het commando load "programma.bas",r.

Inmiddels zijn we heel wat computers verder maar F5 blijft een veelgebruikte toets. Eerst omdat ik ook op mijn eerste PC met QBASIC ging stoeien – al bleef dat zeer beperkt toen ik ontdekte dat je QBASIC-code niet buiten dat programma kon draaien.

Later kwam internet en moesten er regelmatig pagina’s ververst worden. Dat was bijvoorbeeld het geval bij pagina’s van de International Biggles Association. Dat zijn (nog) gewoon HTML-pagina’s die ik via FTP en een code editor bewerkte. Om het resultaat in de browser te zien moest ik in de meeste gevallen eerst F5-en.

En ook nu maakt F5 nog vaak deel uit van mijn computerbestaan. Ik ben wat aan het experimenteren met HTML en JavaScript en dan wil ik toch zien of bepaalde wijzigingen het beoogde effect hebben. En dan is daar F5.

Maar pas van de laatste maanden kan ik me herinneren dat ik daarbij wel eens denk: “Even F5-en” Of korter: “Ff F5-en.”

~ ~ ~ ~

#WOT: Write On Thursday: iedere donderdag een woord om over te bloggen.

Tijd en veranderingen

Toch een heel kleine mijlpaal om bij stil te staan: ik ben vandaag precies een maand elke dag aan het bloggen. Vanaf eind november al regelmatiger en na een pauze van drie dagen besloot ik vanaf 14 december elke dag te gaan bloggen. Tot nu toe is dat elke dag gelukt. Het was niet de verandering die ik eind november beoogde maar ik ben er wel blij mee.

Ik wil nog even afwachten voor ik de symbolische vlag uithang want ik heb natuurlijk een tijdje in de Zen habits methode van Leo Babauta een aardig onderwerp gehad. Toch denk ik dat het me wel zal lukken om ermee door te gaan, dat lukt me met wandelen immers ook nog steeds.

Over nieuwe veranderingen wil ik nog even nadenken. Dat wat ik eigenlijk wilde veranderen eind november is nog niet helemaal gelukt. Toch heb ik ook daar het vertrouwen dat het zal lukken.

Tijd

Daarna ga ik stapsgewijs nieuwe dingen aanleren en oude gewoontes afleren. Wat ik ook ga doen, is nagaan hoe effectief ik mijn tijd besteed. Ik denk dat hier een flinke winst te behalen is die alleen maar ten goede kan komen van nieuwe gewoontes. Een paar dingen die ik eigenlijk wil gaat tijd kosten. Vandaar dat ik er nu over nadenk mij na A mind for numbers van Barbara Oakley te gaan verdiepen in Geen tijd, geen geld, toch doen van Marcel van Driel.

Metamorfose

Over verdiepen gesproken. Waar ik het vorige week woensdag over had. Dit weekend pak ik Ovidius’ Metamorphosen erbij en vanaf volgende week woensdag komt daarover mijn eerste blogpost. Dat staat. Hoe lang ik de beoogde reeks ga volhouden, weet ik nog niet. Ik ga beginnen en zie wel waar het eindigt.

#sg16-2 Hond

Van mijn dagindeling van vandaag lusten de honden nog geen brood. Ik begin hier om 23:23 aan mijn dagelijkse blog, al moet ik toegeven dat ik er al wel even over heb nagedacht. Ik heb er zelfs al over getwitterd met Carel, over een uitstapje naar het Engels. Carel vroeg of hij een paraplu nodig had.

Zo voorspelbaar ben ik hopelijk niet maar daarvoor nog even geduld. Bij alles wat me vandaag tegen zat – waaronder dus door lui op de bank te hangen laat met bloggen beginnen – vond ik gelukkig niet de hond in de pot. Ik vind honden prachtige beesten maar persoonlijk heb ik toch meer met katten. Ja, het regent buiten. We hebben thuis twee katten en behalve dat spreekwoord met de muis lijken ze goed bekend met een ander spreekwoord: vechten als kat en hond. Het zijn allebei lapjes en ze hebben dus allebei een pittig karakter en geven een invulling aan het zojuist genoemde spreekwoord die wij angstvallig proberen te vermijden.

De ene kat zit boven en in de hal, de ander in de serre. Keuken en huiskamer is afwisselend domein van beiden. Af en toe komen ze elkaar tegen en dan is het gekrijs niet van de lucht en vliegen de plukken in het rond. Is gelukkig nog maar één keer echt misgegaan. Minder ernstig is dat soms onder de deur door naar elkaar staan te blazen en grommen. Verder zijn het heel lieve beesten en we zouden ze niet kunnen missen.

Het uitstapje naar het Engels

Vechten als kat en roept bij mij associaties op met de Engelse taal. En dan kom ik bij Biggles die in het in de Eerste Wereldoorlog in zijn Camel regelmatig tegen een Duitse Fokker of Albatros opnam. Zo’n luchtgevecht heet in het Engels een dogfight. Vanwege alle mooie herinneringen dat mijn favoriete spreekwoord of gezegde met een hond erin.

 

Note to self: wat ook nog kan

Inspirerend, vandaag. #blogpraat. Voor mij is tekst primair. Ik probeer al af en toe een afbeelding toe te voegen, maar het lijkt me leuk om ook met andere middelen mijn verhaal te vertellen. Ik schreef ooit een plan uit op de achterkant van bierviltjes. Dat waren nog steeds steekwoorden maar kleine tekeningen tekeningen moeten ook lukken.

Tekenen is nooit mijn sterkste kant geweest, woorden gingen me beter af. Misschien moet ik toch eens vaste dag in de week gaan experimenteren met de vorm. Het klinkt misschien gek, maar als slechthorende vind ik gesproken blogs toch mooi. Dat wil ik zelf ook eens proberen, gewoon om te merken of ik er lol aan beleef.

Gisteren en vandaag las ik Amoras deel 1 Suske. Suske en Wiske voor volwassenen. Kan ik een blog vertellen als strip of comic? Of een blog in beeld? Genoeg om mee te experimenteren. Nog een note to self: vergeet het transcript niet nog een keer na te lopen.

Kort samengevat

  • Blog in SoundCloud
  • Blog als strip
  • Blog in quotes
  • Conclusie in een infographic
  • Vormexperiment; maar: inhoud boven vorm.

 

Wat mijn boekenkast over mij vertelt #50books – vraag 2

Wat vertelt jouw boekenkast over jou?

Dat is Hendrik-Jans 2e vraag in #50books editie 2016. Het korte antwoord is dat mijn boekenkast over mij vertelt dat ik ik gek ben van Biggles. Maar ja, dat kun je in de zijbalk hiernaast ook zien. Ruw geschat heb ik zeker 300 boeken van W.E. Johns. Op 5 boeken na alles in het Engels, alles in Nederlandse vertaling en daar komen er hopelijk nog vele bij want van zijn 160+ boeken zijn er nog zeker 60 die niet in het Nederlands vertaald. Johns schreef namelijk heel wat meer dan Biggles.

Wat mijn boekenkasten nog meer over mij vertellen

Voor de hand liggend: dat ik meer boeken moet lezen van de bibliotheek of over moet schakelen op e-books want ik heb een chronisch tekort aan boekenkastruimte en ik weet eigenlijk niet waar ik nog meer boeken(kasten of -planken) kwijt kan.

Een andere oplossing die ik overweeg is om boeken te ruilen voor het goede doel. Voor een prikkie kopen en dan als ze uit heb en weer in de buurt ben weer inleveren en een nieuwe leesvoorraad aanschaffen.

Niet dat ik de pretentie heb dat ik alles uit mijn boekenkasten heb gelezen. Ik durf zelfs geen schatting te maken maar ben door dit gegeven wel meer na aan het denken over waar mijn prioriteiten liggen.

Wat mijn boekenkast ook over mij vertelt is dat ik niet bepaald per se alleen maar nieuwe boeken wil hebben. Boekenbezit is wel een ding, maar dat mogen best tweedehandsboeken zijn. Circa de helft van mijn complete Arendsoog-collectie zal niet nieuw gekocht zijn. Biggles was al bijna niet meer nieuw te krijgen toen ik de serie ging lezen en verzamelen.

Ja, ik ben een echte verzamelaar. Al mijn jeugdboeken maken nog deel uit van mijn collectie. Maar die omvat niet alleen jeugdboeken. Ook romans, thrillers en al mijn studieboeken (op eentje na dat ooit in een package deal met een Biggles-vertaling verkocht aan een docent). Plus niet te vergeten verklarende woordenboeken in verschillende talen, diverse vertalende woordenboeken Latijn, Frans, Duits, Engels. Het mooie is dat ik die woordenboeken ondanks internet, Wikipedia of Google Translate nog steeds gebruik.

Zo kon ik tijdens het vertalen van van Gimlet King of the Commandos maar niet ontdekken hoe ik de titel van een bepaald hoofdstuk moest vertalen, tot ik een 60 jaar oud verklarend woordenboek Engels-Engels erbij pakte en daar de uitdrukking vond.

Al met al vertelt mijn boekenkast toch meer over mij dan ik dacht. Shelfie volgt.

Jeugdliteratuur revisited?

Een jaar lang heb ik op Literaire jeugdhelden over jeugdliteratuur geschreven. Tot ik op een dag griep kreeg, niet schreef en daarna de draad niet meer oppakte. Het format beviel me niet ook was er de vraag of ik het blog niet meer vanuit mijn manische depressiviteit had opgestart, er mensen bij betrokken had en me daarom min of meer verplicht voelde om er mee door te gaan.

Het antwoord bleek inderdaad ja te zijn, vandaar dat het blog een stille dood stierf. Maar ik heb het hoofdstuk nooit definitief gesloten. Nu ik weer probeer boeken lezen in mijn routine te krijgen, hoop ik dat ik mij niet meer door vertalingen min of meer van de (jeugd)boeken af laat houden en weer eens af en toe een young adult of prentenboek te lezen.

Mijn leeservaring delen

Wat ik van die boeken vind, kan ik dan mooi delen op Literaire jeugdhelden. Daarbij hoop ik klassiekers af te wisselen met werken van nu. Want daar ben ik razend benieuwd naar. Volgens mij zijn er genoeg spannende ontwikkelingen en getalenteerde auteurs om te volgen. Hoe dat vorm gaat krijgen weet ik nog niet, maar het idee zit al een paar weken te kriebelen in  mijn hoofd en terwijl ik dit schrijf krijg ik meteen een aantal ideeën waar ik mee aan de slag kan gaan.

De manier waarop ik de draad weer oppak zal anders zijn – meer incidenteel – maar ik hoop op die manier toch Literaire jeugdhelden nieuw leven in te blazen.

Wil ik dit gaan toepassen?

Misschien kan ik alles wat ik de afgelopen maanden over leren heb geleerd wel samenvatten in één simpele vraag: wil ik dit gaan toepassen? Het lijkt een retorische vraag maar ik ben daar toch anders over gaan denken. Ga maar na: hoe vaak lees je niet iets wat je wel interessant lijkt maar waarvan je na een aantal weken gaan flauw idee meer hebt waar het over ging?

Mij overkwam dat vaak

Een belangrijke les die ik uit Lezen, weten en niet vergeten van Mark Tigchelaar en Learning how to learn heb geleerd is dat je actief bezig moet zijn met hetgeen je wilt leren. Alleen lezen is bij lange na niet genoeg, zo weet ik ook uit ervaring. De kans op onthouden wordt een stuk groter als je actief met wat je leert aan de slag gaat. Samenvatten wat je leest, jezelf overhoren, aan een ander uitleggen. Maar vooral: doen wat je leest. Niet slaafs, maar proefondervindelijk de technieken uitproberen, kijken wat voor jou werkt.

Je wordt geen SEO-expert door Schrijver voor SEO van Rutger Steenbergen te lezen of het MOZ-blog te volgen. Nee, wil je er iets aan hebben dan zul je zelf aan de slag moeten met wat je leest. Pas tips toe voor je eigen blog.

Van lezen naar actie

Een valkuil waar ik in het verleden nogal eens intrapte, was dat ik alleen maar las, nergens mee aan de slag ging en dus weinig onthield en met al dat lezen weinig opschoot.  Vandaar dat ik mij nu voor ik me in iets ga verdiepen ik mezelf de vraag stel of ik dit echt wil gaan toepassen. Als het antwoord ja is, dan is de volgende vraag: hoe?

Met die vraag – hoe ga ik dit toepassen? – hoop ik vanaf morgen ook A mind for numbers van Barbara Oakley te gaan lezen. Vandaag heb ik Learning how to learn herhaald, helaas niet aan de hand van aantekeningen. Die had ik nauwelijks gemaakt omdat het een online cursus was.  Wel had ik de antwoorden bewaard van de eindtoets en die heb ik na ruim een maand opnieuw gemaakt.

Vanaf morgen dus weer lezen, vragen stellen, samenvatten, testen en vooral toepassen wat ik al heb geleerd. En ook na het lezen van het boek wil ik het blijven toepassen.

En natuurlijk kan een boek ook tegenvallen. Je hebt altijd de keuze om te stoppen met lezen of wat je hebt gelezen niet te toe te passen. De vraag helpt mij hopelijk met actiever leren.