Plannen voor 2021

Zo, ik heb net Elja’s projectenlijstje voor 2021 gedownload en ingevuld. Vorig jaar ook gedaan, maar na een aantal maanden kwam de klad erin omdat ik het lijstje te veel als dagelijkse gewoontelijst zag en het dan behoorlijk demotiveerde als iets niet lukte. Bovendien had ik het veel te specifiek ingevuld. Voor het komende jaar probeer ik gewoon als een extra motivatie te zien en met de algemene categorieën die ik nu heb gebruikt, moet dat hopelijk ook wel lukken.

Wat zijn dan mijn plannen voor 2021?

  • De vertaling van Mossyface eindelijk afronden.
  • Mijn NaNoWriMo boek herzien en kijken wat ik er verder mee wil.
  • Blijven lezen en leren. En uiteraard daarvan hier verslag doen omdat dat op zichzelf al leerzaam is.
  • Kijken hoe serieus ik werk wil maken van schrijven en dit blog.
  • Veel blijven wandelen.

Uiteraard heb ik nog meer noten op mijn zang maar ik denk dat dit al met al een mooie lijst is want ik wil het jaar natuurlijk niet dicht gaan timmeren met allerlei dingen die ik graag wil gaan doen. Dat is allemaal leuk en aardig maar ik realiseer me ook dat het leven is wat er gebeurt terwijl je andere plannen maakt, zoals onder andere John Lennon en Reader’s Digest al wisten.

Kortom, je kunt plannen maken dat het een lieve lust is en ideeën zo veel hebben, het pakt toch vaak anders uit. Dat was nog een reden dat ik het ook redelijk algemeen heb geformuleerd. Leren is dan beter dan Spaans leren of Responsive Web Design leren. Daar wil ik graag nog wat keuzevrijheid hebben. Dit geeft me de ruimte om ergens mee te stoppen als het niet bevalt. Die had ik dit jaar natuurlijk ook al maar dan liet ik mijn te specifieke kolom staan en bleef die aanstaren. Nu zijn de kolommen mooi herbruikbaar.

Benieuwd hoe ik er 31 december 2021 op terugkijk. Dan een year in review afspraak.

~~~

Afbeelding van Steve Buissinne via Pixabay

Ben ik dan toch in de Mind Movie getrapt?

Deze blogpost is deel 15 van 26 in de reeks Gewoontes

Leo Babauta noemt in Zen habits – Mastering the art of change de Mind Movie als het grootste probleem bij het aanleren van nieuwe gewoontes of juist het afleren van bestaande. De mind movie is het beeld van je ideale zelf; maar zoals ik vijf jaar geleden al schreef: de werkelijkheid is een stuk weerbarstiger. Als je net begint met hardlopen, speel je in je mind movie al de rol van volleerd hardloper. Dit kan motiverend werken – bijvoorbeeld bij reverse engineering: daar wil ik komen; welke stappen moet ik daarvoor zetten? – maar de mind movie kan ook tegen je werken.

Kijk maar: die gruwelijke blaar op je grote teen? Die zat niet in de mind movie; in je mind movie loopt alles op rolletjes; ben je niet bekaf na slechts vijf minuten rennen in wat eerlijk is eerlijk niet meer dan een sukkeldrafje was. De werkelijkheid wijkt dus nogal af van je projectie van die werkelijkheid. En daar zit het probleem. Doordat de werkelijkheid een stuk zwaarder kan zijn dan de bioscoopfilm daarvan, loop je het risico motivatieproblemen te krijgen; dat het moeilijk ging worden, zeiden ze er in de bioscoop niet bij.

Het is vergelijkbaar met de eeuwige discussie over of de bestemming van de reis belangrijker is of toch juist de reis zelf. De werkelijkheid valt weleens tegen als je een bestemming in je hoofd hebt maar vergeet dat je om die bestemming te bereiken (iedere dag) op stap moet.

Of zoals die quote die aan meerdere auteurs is toegeschreven:

I only write when inspiration strikes. Fortunately, it strikes at 9AM every morning.

En dat leek ik de afgelopen tijd te zijn vergeten.

Ik zag een eindbestemming; maar vergat dat er een hele reis aan voorafging. Volgens Babauta moet je je juist bewust zijn van die reis en ervan genieten. Maar goed, ik zag mezelf dus als (mede)vertaler van Mossyface en iedereen helpen met het vormen van nieuwe gewoontes, bijvoorbeeld omdat ze naar mijn mening mij hielpen tegen bijwerkingen van medicijnen. Kortom, ik zag mezelf al staan bovenop de Olympus. Aan de trainingsarbeid had ik even niet gedacht.

Wat ook niet hielp was dat mijn lijstje met dingen die ik elke dag wilde doen inmiddels meer dan tien items bevatte. Deels doordat het een jaarlijst betreft en er dus korte dingen op staan. Dat geeft veel demotiverende witte vlakken; want je hebt dat ene project wel even uitgesteld maar je wordt er toch maar mee geconfronteerd. Dus heb ik nu een lijstje tot en met eind oktober gemaakt met maar vier dingen.

Een tweede stap die ik heb gezet, is mijn gedachten wat meer op papier te krijgen dan alleen maar in mijn hoofd, met een to do lijst en een done-lijst. Maar daarover meer als ik een idee heb hoe het bevalt.

Achtergrond

In 2015 deed ik mee met een blogreeks van Peter Pellenaars over Zen Habits – Mastering the art of change. En ik schreef eind dat jaar een vervolgreeks over hetzelfde boek. Gewoontes bleken de afgelopen jaren nogal een invloed op mij te hebben gehad. Daarom nu een hernieuwd onderzoek met daarbij ook de boeken The power of habit van Charles Duhigg en Good habits, bad habits van Wendy Wood.

~~~

Afbeelding van Free-Photos via Pixabay

Geen zin toch doen

En zoals bij mij wel vaker het geval is, had ik drie weken geleden geen zin meer om te bloggen. Ik denk dat het er mee te maken had dat ik blogreeksen was begonnen waarvoor ik dingen uit moest zoeken. Daar zag ik tegenop. En dus stelde ik bloggen uit. Ik schrijf liever iets waar ik te veel onderzoek vooraf voor hoef te doen. Opschrijven wat in me opkomt, dat gaat me het makkelijkst af.

Toch is het denk ik zinvol om vooral door te gaan met mijn onderzoek naar gewoontevorming. Ik merk namelijk dat er meer stil is gevallen buiten mijn blog; sinds ik vorige week geleden De stille kracht van Louis Couperus uitlas, heb ik geen nieuw boek meer opgepakt. Terwijl er nog genoeg ligt. Straks toch maar iets aan doen dus.

Het vertalen van Mossyface loopt ook moeizaam maar daarover morgen meer. Komt goed. Ik moet gewoon weer aan de slag en vaak helpt het me om dan maar eerst als stok achter de deur erover te bloggen. Het lijkt wel of ik daar de extra motivatie vandaan haal die ik even niet heb. Het kan ook met mijn medicijnen te maken hebben. Toevallig ben ik ze in de afgelopen drie weken een keer ’s avonds vergeten in te nemen. De dag erna had ik ineens meer energie. Toen ik die avond bij mijn medicijndoos stond, was de conclusie dan ook snel getrokken. Ja, ik weet wel dat dat gevaarlijk is, maar toch. Het zette me wel aan het denken.

Aan medicijnen verder afbouwen, toch maar niet doen. Of aan verder werken aan dagelijkse gewoontes. Dat lijkt me een beter plan. Want ik merk dat ik het lezen mis, dat ik me daar niet prettig bij voel, dat ik ervan baal dat het me nog niet is gelukt een gewoonte te maken van vertalen.

En dan ik wel mijn medicijnen de schuld geven, maar die gaan niet zomaar weg. Die blijven nog wel even. Dus kan ik beter zelf in actie komen en blijven. Dus ik hoop dat ik nu een begin heb gemaakt.

Dan staat er voor vanavond op het programma:

  • Wandelen
  • Mossyface vertalen
  • Lezen: Is dit een mens van Primo Levi.

En ik mag van mezelf dit weekend een klein beetje vieren dat ik één van mijn doelen voor dit jaar gisteren al heb gehaald. Door de extra dosering medicijnen sinds twee jaar, nam mijn gewicht met twee kilo toe. (Meer eetlust, tragere stofwisseling.) Eind vorig jaar stelde ik mezelf als doel die twee kilo er in 2020 weer af te krijgen. Dat is dus gisteren precies gelukt. Een beetje van Sonja en een beetje van mezelf zullen we maar zeggen.

~~~

Afbeelding van Clker-Free-Vector-Images via Pixabay

Uitdaging gewoontes

Deze blogpost is deel 8 van 26 in de reeks Gewoontes

Sinds 1 januari dit jaar vul ik elke avond voor ik mijn laptop afsluit en naar bed ga mijn projectenlijstje in. Projecten klinkt in mijn geval wat duur maar zo had Elja het bestand genoemd en dat heb ik aangehouden. In mijn geval staan er 10 dingen op het projectenlijstje. Dingen die ik elke dag wil doen. Klinkt uitdagend, valt wel mee. Zo heb ik er voor de zekerheid op staan dat ik mijn medicijnen in moet nemen. Een minuut werk maar het af moeten vinken creëert een extra check. Dat geldt overigens ook voor de andere dagelijkse gewoontes. Als het die dag niet is gelukt mag ik geen groene 1 plaatsen. Er zijn grotere rampen maar dat mooie groene veld met al die enen motiveert wel.

Toch is het me in al die maanden nog steeds niet gelukt om een dag bij alle vakjes een groene 1 neer te mogen zetten. Altijd ontbreekt er wel eentje, of twee. Dat heeft er ook mee te maken dat ik twee dingen voorlopig uitstelde maar ik die wel in het schema liet staan. Afvinken gaat niet en dat zorgt voor een wit vlak. Vandaar dat ik vandaag twee vervangende activiteiten bedacht waarmee ik vanaf morgen dagelijks wil beginnen. De eerste is bloggen en de tweede is een cursus waar ik hopelijk op het werk, voor de I.B.A. en hier baat bij heb. Dan kleuren die vakjes weer groen.

Er is overigens nog een reden waarom tien dagelijkse gewoontes niet indrukwekkend hoeven te zijn. Ik leerde van Barbara Oakley in A mind for numbers een handigheidje om uitstelgedrag te voorkomen. Stel je hebt huiswerk. Je moet iets met hoofdstuk 7. Wat werkt dan het meest motiverend? Maak de opdrachten van hoofdstuk 7? Of werk aan hoofdstuk 7? Ik denk het laatste. Oakley noemt dat product vs process. Product kan aanvoelen te veel hooi op je vork. Terwijl je met denken aan het proces gewoon kunt beginnen en dan vaak nog verbazend ver komt ook gewoon omdat het risico kleiner is dat je niet begint omdat je er als een berg tegen de hoeveelheid werk opziet. Die truc gebruik ik ook in mijn projectenlijstje. Ik hoef geen vijftig pagina’s per dag te lezen, maar ik wil wel elke dag een boek/e-reader in de hand hebben en gewoon wat lezen. Vier pagina’s zijn dan ook prima. En het werkt. Tot nu toe heb ik dit jaar meer gelezen dan in jaren.

Maar goed, terug naar het projectenlijstje. Het lukt me maar niet om een dag alleen maar groene enen te krijgen. En dat terwijl ik de laatste tijd zo veel over gewoontevorming gelezen heb. Daarom – en omdat ik wat speciaals wilde doen bij deze 250ste post op blog – wil ik kijken of ik al mijn mijn kennis over gewoontes in kan zetten om groene enen te krijgen. Op internet circuleert een artikel dat stelt dat het ergens tussen de 18 en 254 dagen duurt tot een activiteit een gewoonte is geworden. Wendy Wood haalt dat onderzoek ook aan in haar boek Good habits, bad habits. Maar ze haalt ook een ander onderzoek aan dat mij hoopvol stemt. Bij onderzoek naar mensen die bloed doneren, bleek dat dit vanaf ongeveer 40 keer een voortdurende gewoonte wordt.

Veertig keer iets doen dus tot het een gewoonte is. En laat het nu vanaf morgen nog 44 dagen duren tot 1 juni. Dus wil ik tot en met 31 mei 44 dagen vol met groene enen. Ik doe hier verslag, morgen maak ik een pagina aan. En omdat ik niet te streng voor mezelf wil zijn: Leo Babauta stelt dat een gewoonteverandering geslaagd is bij minstens 75% tot 80% van de dagen succes. Dat wil dus zeggen: 33 dagen. En dat is mijn doel.

Achtergrond

In 2015 deed ik mee met een blogreeks van Peter Pellenaars over Zen Habits – Mastering the art of change. En ik schreef eind dat jaar een vervolgreeks over hetzelfde boek. Gewoontes bleken de afgelopen jaren nogal een invloed op mij te hebben gehad. Daarom nu een hernieuwd onderzoek met daarbij ook de boeken The power of habit van Charles Duhigg en Good habits, bad habits van Wendy Wood.

~~~

Afbeelding van Michele Walfred via Pixabay

Taal & Kunstmatige Intelligentie of Cultuur & Letteren?

Deze blogpost is deel 2 van 5 in de reeks Terug naar Cultuurwetenschappen

Als je mij op de middelbare school had gevraagd wat ik wilde worden, dan had het antwoord twee kanten uit kunnen gaan. Ofwel had ik iets met ICT gezegd, of het moest iets worden met taal. Daar was ik namelijk veel beter in. ICT was niet voor mij weggelegd want mijn punten voor exacte vakken waren niet al te best en op de uiteindelijke puntenlijst van mijn eindexamen schitterden die exacte vakken dan ook door afwezigheid. Een carrière in de ICT kon ik dus wel vergeten, of toch niet?

Aan de KUB werd in die tijd aan de letterenfaculteit de studierichting Taal & Kunstmatige Intelligentie aangeboden. En je had er niet eens wiskunde of andere exacte vakken voor nodig. Dat werd mijn studie en dus stroomde ik in 2000 in bij de propedeuse van de letterenopleiding. Uit mijn geheugen was die toen nog zodanig opgezet dat tijdens dat jaar van alle specialisaties een aantal vakken aan de orde kwamen. De specialisaties waren naast Taal & Kunstmatige Intelligentie de richtingen Tekst & Communicatie, Interculturele Communicatie, het nieuwe Bedrijfscommunicatie Digitale Media en Cultuur & Letteren. Van iedere richting kreeg je dus een aantal vakken en daarnaast had je de algemene vakken Taalvaardigheid Nederlands en Taalvaardigheid Engels.

Afijn, het was genieten dat jaar. Ik haalde mijn propedeuse zonder herkansingen met genoegen en vertaalde daarnaast een boek. Ik bleef na enig aarzelen toch bij mijn keuze van de middelbare school en koos na dat jaar voor de richting Taal & Kunstmatige Intelligentie. Maar dat viel tegen: de helft van het eerste semester bestond uit grammaticavakken en als ik het gevoel had ergens op de middelbare school genoeg van gehad te hebben, was dat wel van grammatica. Om het nog erger te maken: van de andere vakken begreep ik weinig.

Na dat semester heb ik de knoop dus doorgehakt en ben ik gestopt met Taal & Kunstmatige Intelligentie. Maar wat dan: Interculturele Communicatie ging het niet worden wat dat waren de vakken waar ik tijdens mijn propedeuse de slechtste punten voor had gehaald en dat kwam ook omdat het me het minst interesseerde. Bedrijfscommunicatie Digitale Media viel ook af omdat het me te massaal leek. Bleven over: Tekst & Communicatie en Cultuur & Letteren. De punten lagen ongeveer gelijk en bij de eerste keuze zou ik meer colleges krijgen van Jan Renkema, dat sprak wel aan. Toch viel de keus op Cultuur & Letteren. Ik had nog geen blog en nooit schriften vol gepend. En Cultuur & Letteren ging over boeken en literatuur en die hebben altijd mijn belangstelling gehad. En meer colleges van wijlen Hugo Verdaasdonk zag ik niet als een straf. En misschien had ik er ook nog wat aan voor Biggles-vertaalhobby.

Cultuur & Letteren dus.

~~~

Afbeelding van Gerd Altmann via Pixabay


2 gedachtes over “Taal & Kunstmatige Intelligentie of Cultuur & Letteren?”

Peter Pellenaars 13 april 2020

Grappig hoe dat soms kan lopen. Jan Renkema en Hugo Verdaasdonk, jammer dat het of-of was.

Paul van der Werf 13 april 2020 als reactie op Peter Pellenaars

Ach, ik heb bij Cultuur & Letteren ook een hoop inspirerende docenten gehad. En als alles gelopen was zoals ik had verwacht toen ik begin 2002 de switch maakte, had ik misschien wel geprobeerd nog een minorvak bij Jan Renkema te scoren. Maar alles liep nogal anders. Blissful ingnorance…

Sociale gewoontes – Duhigg (4/6)

Deze blogpost is deel 7 van 26 in de reeks Gewoontes

Ik wilde The power of habit in zes afleveringen samenvatten maar merk dat dat lastig is. Ik kan er wel een formule uit halen voor het aanleren van nieuwe gewoontes of juist het afleren van bestaande/slechte gewoontes maar dat komt morgen en overmorgen.

Eerst nog een verhaal uit het boek want wist je dat de Amerikaanse burgerrechtenbeweging ook gebruik maakte van gewoontes? Van een bepaald soort gewoontes. Het begon met Rosa Parks en de bus. Maar hoe heeft haar daad – weigeren op te staan toen de blanke chauffeur dat vroeg – zo veel gevolgen gekregen terwijl er al eerder zwarte vrouwen hadden geweigerd om op te staan?

Duhigg geeft het grif toe. Er zijn vele analyses van dit moment in de geschiedenis gemaakt maar hij denkt dat gewoontes zeker een rol hebben gespeeld. Er was namelijk een verschil tussen Rosa Parks en de eerdere vrouwen die hadden geweigerd om op te staan. Rosa Parks was namelijk, meer dan de andere vrouwen, onderdeel van de gemeenschap. Ze had vrienden en bekenden door de hele gemeenschap in Montgomery, Alabama. Er waren mensen boos door verschillende lagen in de samenleving. Die mensen beschouwden haar als een vriendin. En wat doe je als vrienden in de problemen komen?

Juist, dan schiet je te hulp. Duhigg noemt dat social habits. Omdat bepaalde mensen door hun boosheid in actie kwamen, werd de boosheid steeds groter. Parks was lid van allerlei kleinere en grotere gemeenschappen en stond binnen die gemeenschappen goed bekend. En hoe meer mensen zich geraakt voelden en in actie kwamen; hoe moeilijker het werd om niet in actie te komen. Iedereen kende ofwel Rosa Parks, ofwel iemand die mee wilde doen aan de busboycot. Dan is het nog verdomd moeilijk om zelf afzijdig te blijven. En dus doe je mee en krijgt een beweging momentum.

Dit waren slechts drie van de vele verhalen die in het boek van Duhigg te lezen vielen. Die verhalen heeft Duhigg verweven met uitleg over hoe je een gewoonte aanleert of juist afleert. Daarover morgen en overmorgen meer.

Achtergrond

In 2015 deed ik mee met een blogreeks van Peter Pellenaars over Zen Habits – Mastering the art of change. En ik schreef eind dat jaar een vervolgreeks over hetzelfde boek. Gewoontes bleken de afgelopen jaren nogal een invloed op mij te hebben gehad. Daarom nu een hernieuwd onderzoek met daarbij ook de boeken The power of habit van Charles Duhigg en Good habits, bad habits van Wendy Wood.

~~~

Afbeelding van Valiphotos via Pixabay

Hoe je met 1 verandering een multinational stroomlijnt – Duhig (3/6)

Deze blogpost is deel 6 van 26 in de reeks Gewoontes

Toen Paul O’Neill in 1987 directeur werd van Alcoa, de Amerikaanse aluminiumgigant, was de verbazing groot. Wat had deze voormalige regeringsbureaucraat bij een multinational te zoeken? Een bedrijf bovendien waar het de voorgaande jaren niet goed mee was gegaan.

Toen O’Neill zich aan aandeelhouders en investeerders voorstelde, werd de verbazing nog groter. Men was gewend dat nieuwe CEO’s het hadden over synergie, over het maximaliseren van aandeelhouderswaarde; winst kortom.

O’Neill had een heel ander praatje en men verwachtte er weinig van. O’Neill zei: “Alles draait voor mij om de veiligheid van de werknemers.” De toehoorders waren stomverbaasd. Eén van hen adviseerde al zijn klanten zelfs al hun aandelen Alcoa te verkopen. Iets wat hij in het boek van Duhigg bestempelde als letterlijk het slechtste advies dat hij ooit had gegeven.

Wat gebeurde er?

O’Neill streefde dus naar veiligheid voor werknemers. Alles stond in dat teken en tijdens een tour langs de fabrieken stelde hij dat met hem overal over viel te onderhandelen, behalve over de veiligheid van werknemers. Dit had tot gevolg dat veel processen onder de loep werden genomen als er een werknemer gewond raakte tijdens het werk. Dingen die onveilig waren, werden recht gezet. Het gevolg was dat er minder kosten waren terwijl de opbrengsten omhoog gingen.

En er veranderde nog iets: de cultuur binnen het bedrijf veranderde van promotiegericht naar veiligheidsgericht, naar saamhorigheid. Toch was er een dodelijk ongeluk voor nodig om iedereen binnen het bedrijf ervan te doordringen dat het O’Neill ernst was. Maar hij beschouwde de dood van de werknemer als zijn schuld en dat van zijn managementteam. Na dat ongeluk was hij dag en nacht in touw. Binnen een week waren alle veiligheidsrailings in het bedrijf opvallend geel geschilderd en de veiligheidsvoorschriften herschreven.

Het was O’Neill menens

Vanaf dat moment was dat iedereen duidelijk. Hij voerde een duidelijke communicatiestructuur in – geholpen door e-mail, die hij al vroeg binnen Alcoa implementeerde. De gevolgen waren zichtbaar: minder gewonden en ziekteverzuim binnen het bedrijf; een beter gestroomlijnd productieproces omdat de gewonden vaak vielen als gevolg van onjuistheden in het productieproces. En werknemers voelden zich meer bij het bedrijf betrokken; zozeer zelfs dat ze soms innovaties voor durfden te stellen die het bedrijf veel geld opleverden.

Dat alles zorgde ervoor dat Alcoa niet alleen veilig werd voor werknemers maar ook een winstgevend bedrijf; waar de aandeelhouder ook profijt van had. Vandaar dus de opmerking van de beleggingsadviseur aan het begin van dit stuk.

Eén verandering kan dus uitmonden in heel veel verandering. Dat heet een keystone verandering. Keystone laat zich vertalen als hoeksteen, of fundamenteel. Er valt meer over te vertellen, net als over O’Neill maar mocht je nieuwsgierig zijn dan verwijs ik naar het boek.

Achtergrond

In 2015 deed ik mee met een blogreeks van Peter Pellenaars over Zen Habits – Mastering the art of change. En ik schreef eind dat jaar een vervolgreeks over hetzelfde boek. Gewoontes bleken de afgelopen jaren nogal een invloed op mij te hebben gehad. Daarom nu een hernieuwd onderzoek met daarbij ook de boeken The power of habit van Charles Duhigg en Good habits, bad habits van Wendy Wood.

~~~

Afbeelding van bertvthul via Pixabay

De man zonder geheugen – Duhigg (2/6)

Deze blogpost is deel 5 van 26 in de reeks Gewoontes

“Wie is Michael?”

“Je kind. Je weet wel. Hebben we opgevoed?”

Hij keek haar niet-begrijpend aan: “Wie is dat?”

Aan het woord zijn Eugene Pauly en zijn vrouw Beverly. Maar Eugene wist het niet en de volgende dag werd hij ernstig ziek en moest hij voor langere tijd naar het ziekenhuis. Hij bleek een hersenontsteking te hebben en vocht wekenlang voor zijn leven. Maar hij herstelde, lichamelijk althans. Dat was volgens zijn artsen een wonder.

Maar toen Eugene na een lange revalidatie naar huis mocht, was al duidelijk dat het toch niet zo positief was als eerst gedacht werd. Hij vergat ongeveer letterlijk alles binnen vijf minuten en aan dingen die na begin jaren zestig waren gebeurd, had hij geen enkele herinnering.

Toch was met Eugene op het eerste gezicht goed een normaal gesprek te voeren. Het weer. En van voor 1960. Maar het was zijn artsen duidelijk dat er iets ernstig mis met hem was. Zijn vrouw kreeg instructies om hem 24 uur in de gaten te houden want buitenshuis zou hij gegarandeerd verdwalen of erger.

Hij werd thuis onderzocht en moest dan bijvoorbeeld een plattegrond van zijn huis tekenen. Maar dat lukte niet. Daarna liep hij naar de w.c., dat konden de onderzoekster en zijn vrouw horen aan het doortrekken…

Wat ook vreemd was aan Eugene was dat hij wel drie, vier kon ontbijten. Maar hij had aan die eerdere keren geen herinnering.

Weg

Op een dag kon Beverly Eugene nergens vinden in huis. Hij was de deur uit. Ze vroeg het bij buren, zocht de hele buurt af maar geen Eugene te bekennen. Totdat Beverly in grote paniek weer thuis kwam en hij doodgemoedereerd televisie zat te kijken. Hij wist van niks maar de sporen van de wandeling waren hem aan te zien.

Beverly nam contact op met de onderzoekers. Die snapten er niets van. Ze moest maar met hem meelopen als hij het nog eens deed. En dat deed hij. Elke dag en hij kwam ook altijd weer thuis, met of zonder Beverly, met of zonder onderzoekers.

Niemand begreep het

Hoe kon iemand met een geheugen van nog geen vijf minuten dit voor elkaar boksen? Tot het opviel dat Eugene de weg moest vragen of niet meer kon vinden als er iets anders was dan anders. Eugene had ook totaal geen idee hoe hij had gelopen. Die twee dingen brachten de onderzoekers op een spoor: zou dit een nieuwe gewoonte zijn? Kon dat bij iemand zonder geheugen? En wat leert dat ons dan over gewoontes?

Meer weten: kijk op internet. Daar en in de medische literatuur staat Eugene Pauly bekend als Patient E.P.

Achtergrond

In 2015 deed ik mee met een blogreeks van Peter Pellenaars over Zen Habits – Mastering the art of change. En ik schreef eind dat jaar een vervolgreeks over hetzelfde boek. Gewoontes bleken de afgelopen jaren nogal een invloed op mij te hebben gehad. Daarom nu een hernieuwd onderzoek met daarbij ook de boeken The power of habit van Charles Duhigg en Good habits, bad habits van Wendy Wood.

~~~

Afbeelding van S. Hermann & F. Richter via Pixabay

Persoonlijke lichtpuntjes

Vandaag even geen deel in de reeks Gewoontes. Ik ben er nog niet helemaal uit hoe ik het wil vertellen. Omdat ik zag dat The power of habit geen praktische handleiding was, heb ik geen aantekeningen gemaakt tijdens het lezen. Dat maakt het nu wat lastig om er een indruk van te geven. Wel weet ik al dat ik drie verhalen uit het boek wil vertellen:

  • De man zonder geheugen;
  • De keystone habit;
  • Vrije wil of gewoonte?

De komende dagen dus.

Toch waren er wat lichtpuntjes vandaag die me blij maakten in deze roerige coronatijden. Vanmorgen was ik assertief aan de telefoon. En gaf ik me op voor een online cursus waarvan misschien het resultaat hier zichtbaar zal worden. En ik haalde voor het eerst sinds ik ermee begon (op 1 januari dit jaar) allemaal groene eentjes. Ik gebruik het projectenlijstje van Elja Daae ter ondersteuning van mijn dagelijkse gewoontes en vandaag kon ik ze allemaal afvinken – op twee na die ik voorlopig heb uitgesteld – en dat afvinken doe je door een 1 in te vullen die dan groen kleurt.

Doel van Gewoontes serie

Ik heb vandaag wat nagedacht over het doel van de serie over gewoontes. Het eerste doel is kijken of ik met The power of habit van Charles Duhiggg en Good habits, bad habits van Wendy Wood het stramien van Leo Babauta dat ik via Peter Pellenaars leerde kennen, nog wat kan aanscherpen. Daarnaast denk ik dat meer mensen hier baat bij kunnen helpen; speciaal mensen die zorgprofessionals nodig hebben. Helaas ken ik er zelf ook een aantal. Wat ik bedacht had, is om als straks de coronacrisis geluwd is aan hen te vertellen hoe (het aanleren van) dagelijkse gewoontes mij hebben geholpen bepaalde veelvoorkomende problemen op te lossen. En dat ze misschien voor hun cliënten iets hebben aan Peters serie of aan die van mij. Dan kunnen zij beoordelen of ze er voor hun cliënten iets aan kunnen hebben. En is professionele begeleiding voorhanden.

~~~

Afbeelding van Bianca Mentil via Pixabay

Duhigg – The power of habit (1/6)

Deze blogpost is deel 4 van 26 in de reeks Gewoontes

The power of habit van Charles Duhigg is een heel ander boek dan Zen habits – Mastering the art of change van Leo Babauta. Het laatstgenoemde boek is duidelijk een zelfhulpboek waarin lezers stap voor stap bij de hand genomen worden om eerst nieuwe gewoontes aan te leren en vervolgens slechte gewoonte af te leren. Met dat boek kun je mee aan de slag via beide links hieronder bij het kopje ‘Achtergrond’.

Het boek van Duhigg heeft een duidelijk andere opzet. Zoals hij het zelf zegt in de appendix bij het boek (er gaat nog wat vooraf aan het citaat):

Charles Duhigg – The power of habit p 227.

Dat maakt het dus een heel ander boek en dat zorgt uiteraard ook voor een andere bespreking. Stap voor stap samenvatting op weg naar een nieuwe gewoonte of een afgeleerde oude gewoonte heeft weinig nut. Toch vind ik het boek te interessant, boeiend en leerzaam om verder helemaal links te laten liggen. Daarom heb ik het volgende bedacht: het boek bestaat uit negen hoofdstukken in drie delen – de gewoontes van individuen, de gewoontes van bedrijven en de gewoontes van maatschappij, voorafgegaan door een proloog en afgesloten met een appendix over hoe je kennis uit het boek in kunt zetten. Die delen uit het boek ga ik de komende dagen kort bespreken zodat je kunt beoordelen of je ze interessant vindt. Tot slot kijk naar goede gewoontes aanleren en naar slechte gewoonte afleren volgens Duhigg.

Als ik het boek kort zou moeten samenvatten zou ik dat als volgt doen: de zoektocht naar wat gewoontes zijn; hoe je ze moet veranderen en hoe mensen, bedrijven en maatschappijen ze inzetten. Dat maakt het boek misschien iets minder praktisch dan dat van Babauta maar juist des te interessanter. Het onderwerp gewoontes gaat echt leven; je ziet hoe het ingrijpt in het leven van mensen, hoe wetenschappers het raadsel gewoontes ontrafelen, hoe bedrijven als Alcoa en Starbucks ze inzetten; welke rol ze hebben gespeeld bij de burgerrechtenbeweging in de VS in jaren vijftig en zestig. En nog zo veel meer. Dat maakt het boek tot een ware pageturner. Ik begrijp nu wel waarom Duhigg de Pulitzerprijs gewonnen heeft.

Proloog

In de proloog noemt Duhigg ene Lisa, een vrouw van 34. Zij was de lieveling van onderzoekers naar gewoonte. Ooit was ze te zwaar, dronk ze en had ze schulden. Nu had ze al meer dan drie jaar een baan, was ze fit en dronk of rookte niet meer. En dat was aan haar hersenen te zien. De patronen van haar oude gewoontes lichtten nog zwakjes op maar haar nieuwe gewoontes waren sterker te zien. En hoe ze in die metamorfose was geslaagd: ze was met één ding – stoppen met roken – begonnen en had zichzelf daar technieken aangeleerd die steeds opnieuw kon inzetten. Duhigg beëindigt zijn proloog met: “Gewoontes veranderen gaat niet altijd makkelijk of snel en het is niet altijd eenvoudig. Maar het kan en we weten nu hoe.”

Achtergrond

In 2015 deed ik mee met een blogreeks van Peter Pellenaars over Zen Habits – Mastering the art of change. En ik schreef eind dat jaar een vervolgreeks over hetzelfde boek. Gewoontes bleken de afgelopen jaren nogal een invloed op mij te hebben gehad. Daarom nu een hernieuwd onderzoek met daarbij ook de boeken The power of habit van Charles Duhigg en Good habits, bad habits van Wendy Wood.