Botoxbehandeling (1)

Mijn nu volgende bekentenis zal mijn vrienden ongetwijfeld weinig verbazen: ik ben een ijdeltuit. Daarom keek ik ook al weken uit naar vandaag, 12 november stond nog niet goudomrand in mijn agenda. Vandaag vond namelijk mijn botoxbehandeling plaats. Maar… ik ging er niet voor naar de schoonheidskliniek.

Ik ging er gewoon voor naar mijn  revalidatiecentrum. De plek van behandeling was in tegenstelling tot waar botox om bekend staat niet mijn voorhoofd. Die rimpels vind ik veel te mooi/onbelangrijk om iets aan te laten doen. Mij ging het totaal niet om rimpels.

Waar ging het mij dan wel om?

Aan de foto die boven dit blog staat heb je misschien al gezien dat hoorapparaten draag. Daarnaast ben ik ook nog eens halfzijdig verlamd. Dat wil zeggen ik mijn rechter lichaamshelft niet goed kan gebruiken. Dat gaat letterlijk van top tot teen. Slikken en het bewegen van mijn mond gaat rechts moeilijker dan links. Mijn rechtervoet sleept wat achter mij aan. Extra nadeel aan dat schuin hangen van die rechtervoet is dat ik doordat nogal eens onzacht in aanraking kom met de grond. Zo heb ik gister een dikke knie en een schaafwond op mijn linkerelleboog opgelopen tijdens GLOW. Opstaan en verder lopen was gelukkig geen probleem.

Ga je die vraag nou nog beantwoorden?

Daar waar mijn handicap het meest zichtbaar is, is aan mijn rechterarm. Tot een aantal jaren terug schoot die arm bij ook maar de geringste pijlsnel om omhoog tot ongeveer schouderhoogte en stond de pols in een hoek van bijna negentig graden op mijn arm. Die arm en hand zaten dan vol spanning en het was altijd erg lastig om de ontspanning er weer terug in te krijgen. Dat ging wel door de vingers van beide handen in een bidgreep te verstrengelen en daarna langzaam de armen te strekken. Het is daarbij vooral van belang om ‘de duim eruit te halen’. Probeer maar eens je duim naar de muis van je hand te bewegen. Dan voel je de spanning in je hand. Ontspan nu weer je duim en zie dat je hele hand ontspant.

Die duim zit bij mij dus constant op slot

Net als mijn pols en de biceps waardoor ik mijn arm maar met de grootste moeite kon strekken – en dan nog alleen maar met hulp van anderen omdat voor dat strekken dwang nodig is tegen het spasme.

Mijn rechterarm was dus praktisch altijd gespannen en daardoor gebogen en bevond zich regelmatig op schouderhoogte. Plus dat door al die spanning praten lastiger werd. Het zag niet fijn uit, maar belangrijker nog: hoewel ik het ontkende had ik er eigenlijk wel last van. In de loop van de jaren was het steeds erger geworden. Nu stelde mijn revalidatiearts voor om botox te gaan gebruiken. In eerste instantie was ik verbaasd.

Botox is toch voor beroemdheden?

Om de rimpels in het voorhoofd weg te laten spuiten. Mijn arts legde uit dat dat in feite niet veel meer is dan het verlammen van bepaalde spieren waar ze ze zich ontspannen. Doe je dat op je voorhoofd,  dan verdwijnen de rimpels. Doe je dat in de spieren in je bovenarm dan ontspannen dan ontspannen die je arm en pols gebogen houden.

En het werkte. De komende week zal ik nog toelichten hoe dat gaat, zo botoxbehandeling en ik zal laten weten of ik nu – vijf maanden na de vorige benadeling – ook weer resultaat merk. Dat moet binnen drie dagen tot een week optreden. Ik hou jullie op de hoogte.

#50books – vraag 38: Kunnen we met online publiceren iets van de oude vertelkunst terugkrijgen die verloren is gegaan met de boekdrukkunst?

Wat een mooie 38e vraag in Peters #50books reeks. Zo mooi dat ik lang heb gewacht om hem te beantwoorden. Terwijl ik toch ook heel nieuwsgierig ben naar het antwoord van andere #50booksbloggers. De bijdrages van anderen lezen, het komt. Eerst zelf bloggen.

Herinneringen

Deze vraag bracht herinneringen aan mijn studie boven. Zo lang is dat overigens nog niet geleden, maar dat terzijde. De colleges ‘Digitaal communiceren’  en ‘Beeldcultuur’ van Hans van Driel gingen grotendeels over deze vraag. De oude vertelkunst van voor de boekdrukkunst ging volgens Socrates eigenlijk al verloren door het schrift. De mens vertrouwde niet meer op zijn geheugen maar besteedde het onthouden uit aan papier. Socrates vond het niets en zou zich wellicht hebben omgedraaid in zijn graf als hij wist dat wij heden ten dage zijn mening alleen maar kennen doordat zijn leerling Plato het later opschreef.

Met val van het Romeinse Rijk in 476 verdween echter ook voor een gedeelte de schriftcultuur. En was minder scholing. Alleen geestelijken hielden zich nog bezig met geschreven woord, de gewone man en vrouw kregen nauwelijks nog onderwijs, hoewel Karel de Grote pogingen deed daar verandering in aan te brengen.

Maar al met al kwam de schriftcultuur pas weer terug met de uitvinding van de boekdrukkust. Daarvoor werden verhalen en kennis vooral mondeling van vader op zoon, moeder op dochter overgebracht. En verhalen ook nog via minstrelen. Een definitieve of een oervorm van een verhaal bestond dan ook niet.

De boekdrukkust zorgde voor een ijkpunt, oerversies, definitieve versies van verhalen. Kunnen we online een einde maken aan deze versies?

Digitaliserend wereldbeeld

De boekdrukkunst is typisch een onderdeel van wat E.J. Dijksterhuis het mechanistisch wereldbeeld noemde. Dat wereldbeeld wordt volgens Hans van Driel nu vervangen door een digitaliserend wereldbeeld. Niet meer het ene grote verhaal, maar vele kleine, op zich staande verhalen. En er is niet per se meer een logisch samenhangend verhaal meer. Oorzaak en gevolg zijn minder opeenvolgend. Het internet is als metafoor voor dit wereldbeeld te beschouwen.

Vele handen maken licht werk

Oud spreekwoord, maar het vat wel treffend de manier waarop Wikipedia tot stand komt samen. Maar komen er ook fictieboeken op die manier? Waarom eigenlijk niet? Het wiki-platform leent er zich uitstekend voor. Net als blogs overigens. Online tekstverwerkers – en ook offline varianten, trouwens – voorzien in mogelijkheden om gezamenlijk (tegelijkertijd) aan documenten te werken. De mogelijkheden zijn er. Al schrijvend realiseer ik me dat ik eigenlijk op zoek moet naar voorbeelden waar dit in de praktijk gebracht wordt. Misschien wordt dit wel het nieuwe schrijven, in het digitaliserende wereldbeeld. Het zou boeiend zijn omdat het maakproces zonder einde is en zonder schrijver, maar met vele schrijvers.

Gimlet in Amersfoort

Afgelopen zaterdag was Gimlet in Amersfoort en ik was er bij. Gimlet in Amersfoort

– Wie was er in Amersfoort? Gimlet? Nooit van gehoord.

Dat kan kloppen maar daar kan vanaf nu verandering in komen. Een van de meest succesvolle jeugdboekenschrijvers van de 20e eeuw zegt namelijk dat hij “a man you should meet” is. De schrijver die deze bewering doet, is niemand minder dan Captain W.E. Johns.

– Dat zegt me wel iets. Die ken ik van Biggles.

Juist ja. En afgelopen zaterdag was er een bijeenkomst van de International Biggles Association in Amersfoort. En nu was eens niet Biggles, de bekende oorlogsvlieger die later avonturier en detective werd, de hoofdgast maar Gimlet. Beter gezegd, Gimlet van de commando’s. Dat is de titel van de vertaling van het eerste deel van de Gimlet-reeks.

Binnen de I.B.A. hebben we al jaren een project lopen om niet eerder vertaalde boeken van Captain W.E. Johns te vertalen. Het begon eigenlijk met ondergetekende die in de zomer van 1999 lid werd van de I.B.A. om zijn serie Nederlandse Biggles-pockets compleet te maken. Ik kon toen ook meteen The Boy Biggles en Biggles – Air Detective aanschaffen,  vond het goeie verhalen en besloot dat ik die boeken wel wilde vertalen. Dus nam ik contact op met de voorzitter van de vereniging, Marvel Wagenaar-Wilm, en zij was net zo enthousiast als ik. Ik was voor ik contact met haar legde al begonnen met vertalen en ging daar nog even mee door. Daarna zat mijn eindexamenjaar in de weg, haalde ik mijn diploma, en lag het project even stil.

Tot ik begin augustus 2000 een telefoontje kreeg. Marvel had een uitgeverij gevonden, Miklo, bekend van de Biggles-strips. We konden nu echt aan de slag. Ik was bij het derde hoofdstuk blijven hangen, maar vertaalde daarna stug door en begin november – de woensdag waarop bleek dat de uitslag van presidentsverkiezingen in de VS too close to call waren, rondde ik het manuscript af. Daarna hebben we nog een maand of vier moeten sleutelen aan de tekst voor het boek af was. Op de 16 juni 2001 volgde de presentatie van Biggles en zijn basis.

Het liep lekker want in 2002 volgde Biggles en de pechvogel en in 2003 Biggles – Vlieger-rechercheur. Daarna sloeg het noodlot toe omdat Marvel eind 2005 overleed. Ze was nog maar 52. Dat was een grote klap en het vertalen kwam tijdelijk stil te leggen. Echter, al snel besloten we als eerbetoon aan haar toch door te gaan. Marvel was samen met Hans Vrieler al bezig met Biggles in Frankrijk, maar helaas moest Hans ook afhaken. Gelukkig bleek Roger Schenk bereid zijn plaats in te nemen en samen met hem rondde ik Biggles in Frankrijk af. Het was in het voorjaar van 2008 af, maar toen bleek de uitgever met pensioen te zijn gegaan. Het kostte ons meer dan een jaar om  zelf toestemming te krijgen om het boek uit te geven.

Maar uiteindelijk kwam die toestemming er in juni 2009 verscheen Biggles in Frankrijk. Daarna werd het vertaalteam uitgebreid met Vincent van Gerven en verschenen in 2010 Biggles trekt ten strijde en in 2011 Wapenbroeders. En dus afgelopen zaterdag Gimlet van de commando’s. Voor het eerst een boek zonder Biggles, maar daarom niet minder de moeite waard.

Dat was in het kort het verhaal over mijn vertalingen. Mocht je ze zelf willen lezen dan zijn ze via de zijbalk te bestellen. Vanaf overmorgen staat mijn andere blog, Literaire Jeugdhelden, in het teken van Biggles en Gimlet.