Voor wie ik schrijf, blog of vertaal? Voor een ander.

Na mijn vorige post over de strijd tegen de dips die dit blog regelmatig plagen, heb ik nog eens een paar dagen nagedacht over wat daar nou toch de oorzaak van kan zijn. En hoe ik dat op kan lossen. Ik weet nog niet of ik het definitieve antwoord heb, maar ik heb wel een idee dat ik interessant en geloofwaardig genoeg vind om verder te onderzoeken. Dat idee is dat ik soms niet weet voor wie ik blog.

Dat wil zeggen dat ik mijn motivatie misschien eerder haal uit iets doen waar een ander plezier aan gaat beleven of iets wat nuttig is voor een ander. Als ik eerlijk ben, moet ik toegeven dat die motieven voor mij beter werken dan de gedachte dat ik alleen zelf baat heb bij iets wat ik blog of doe. Dat ik er zelf wat bij opsteek, is mooi meegenomen maar die ander is veel belangrijker dan mijn eigen persoontje.

Ik geef twee voorbeelden.

  1. Mijn Biggles-vertalingen
    Toen ik in 1999 lid werd van de International Biggles Association om mijn Nederlandse Biggles-collectie compleet te maken, kon ik meteen The Boy Biggles en Biggles – air detective aanschaffen. Die boeken waren nog niet vertaald en dat leek mij wel wat. Ik nam contact op met de voorzitter vanwege haar W.E. Johns Catalogus maar uiteraard duurde het niet lang voor ik mijn vertaalplan met Marvel deelde. En het was haar meer dan enthousiaste reactie in onze mailcorrespondentie die mij definitief over de streep trok. We gingen er samen aan werken en zouden daar veel I.B.A.-leden blij mee maken. Juist het feit dat ik The Boy Biggles voor/met Marvel vertaalde, voor al die leden, maakte mij enthousiast en zorgde ervoor dat ik tot het eind toe gemotiveerd bleef. En daarna steeds opnieuw bij volgende boeken, al is het dan helaas zonder Marvel. Ze zou vandaag 69 zijn geworden, maar overleed in 2005. Ik merk al typend dat ik haar op momenten nog steeds mis.
  2. Mijn boek over mijn ervaringen met mijn bipolaire stoornis.
    Ook dat schreef ik met anderen voor ogen. Ik wilde anderen helpen door mijn ervaringen te delen. Aan te geven waar ik tegenaan liep, zodat lotgenoten en hun naasten in ieder geval gewaarschuwd zijn voor de vergissingen die ik beging. En dat ik ze ook kan laten zien dat ik voor mezelf een uitweg heb gevonden. Een uitweg die misschien voor anderen ook mogelijk is. En ik laat ook zien waar het misging in het contact met mijn behandelaar, zodat ook behandelaars die het boek lezen, er wat aan hebben. Dus ook hier geldt: ik zag hoe ik hielp en dat is een goede motivator. Daar doet de wetenschap dat ik geen bestseller schrijf niets aan af. Als je één iemand helpt, help je de hele wereld. Zoiets.

Het contrast

Mijn (onze is een beter woord want het is nog steeds een teamprestatie) vertalingen en mijn (maar misschien ook ons door meelezers) boek schrijf ik dus echt voor anderen. Ik denk niet dat ik het vol had kunnen houden zonder een beeld van anderen voor wie ik het doe. En dat zit een beetje het probleem van dit blog of mijn pogingen van de laatste tijd om een taal (erbij) te leren. Ik weet niet goed voor/met wie ik het doe en dat maakt dat ik veel meer moeite moet doen om het vol te houden. Wil ik er toch een succes van maken, dan zal ik voor die talen toch iets moeten vinden waarbij een ander een rol speelt. Voor dit blog zal dat niet zo’n probleem zijn. Ik blijf toch wel schrijven maar hopelijk vallen er met deze kennis minder gaten.

Ten strijde tegen de dips

Het zal de reguliere lezer of de toevallige passant van dit blog vast wel opgevallen zijn: weken met elke dag een post, dan weer weken nauwelijks. Mij valt het in ieder geval op en het stoort me. Het stoort me omdat er een patroon in zit: ook andere dingen die ik graag doe zoals lezen en een studie gaan dan ineens moeizaam.

Ik heb zo’n vermoeden dat het te maken kan hebben met mijn bipolaire stoornis. Immers, bij die stoornis kan de stemming nogal schommelen. Het lijkt er nu wel op dat ik sinds een paar jaar het ergste, ofwel de manieën, onder controle heb, maar mijn stemming blijft toch schommelen. Waardoor ik hele periodes amper zin heb in bloggen, lezen of studeren. Dat begint me nu aardig de keel uit te hangen. Vandaar dat ik nu iets van een plan heb bedacht.

Het is ongetwijfeld geen origineel plan maar als het helpt maakt me dat niet zo veel uit. Het draait om het gegeven dat ik de dingen die ik nog wel doe, zoals wandelen, nog steeds ontzettend leuk vind. En als ik tijdens zo’n dip toch mijn e-reader of een boek pak, vermaak ik me ook opperbest. En nu we weer wat meer mensen mogen zien: ook daar kan ik van genieten.

Afvinken maar

Dat betekent voor mezelf in ieder geval dat ik geen depressie heb, maar een dipje zoals ik vaker heb. En het kan dus best samenhangen met mijn stoornis. Dat ga ik volgende week ook zeker bespreken met mijn behandelaar. Tot die tijd wil ik iedere avond voor ik naar bed ga, een lijstje maken van dingen die ik de volgende dag graag wil doen. En die dingen wil ik de volgende dag dan echt af gaan vinken want ik heb gemerkt dat dingen afvinken erg leuk is en energie geeft. En ik ga mijn Excel lijst er weer dagelijks bij pakken om daar ook weer meer mee te doen want de laatste weken ben ik daar ook slordig in geweest terwijl die lijst motiverend kan werken, dat merkte ik in januari wel.

Ik doe uiteraard hier verslag.

~~~

Afbeelding van Clker-Free-Vector-Images via Pixabay

Waarom signalen kunnen herkennen rust geeft (bipolaire stoornis)

Eerlijk gezegd vind ik het best spannend dat ik mijn boek aan een proeflezer heb gegeven. Ik heb toch een hoop persoonlijke dingen opgeschreven en het onderwerp bipolaire stoornis is ook niet bepaald triviaal. Zo voet het voor mij in ieder geval niet aan. Ik heb het boek echt om een persoonlijke reden geschreven en ik wil er ook echt wat mee bereiken. Maar daarover later meer.

Het is dus een persoonlijk boek geworden over een pijnlijk deel van mijn leven. Stiekem hoop dat ik het boek heb kunnen schrijven als een definitieve afrekening met mijn bipolaire stoornis maar dat zal vrees ik iets te veel gevraagd zijn. Al was het maar omdat ik de rest van mijn alert moet zijn op bepaalde signalen en dat alleen al maakt het meer dan aannemelijk dat mijn gedachten regelmatig uit zullen gaan naar mijn bipolaire stoornis. Dat is ook helemaal niet erg omdat ik nu weet waarop ik alert moet zijn en ik uit ervaring weet dat alertheid de moeite waard is. Alles beter dan een nieuwe manie. Afkloppen dat me niks ergers overkomt dan een bipolaire stoornis. Die stoornis vind ik namelijk al erg genoeg.

Het hoeft gelukkig niet terug te komen

Want als ik alert blijf op bepaalde signalen kan ik hopelijk herhaling nu wel voorkomen. En dat is me veel waard. Wel hoop ik dat ik in mijn onderbewuste een radar ga ontwikkelen en dat ik er niet continu mee bezig hoef te zijn. Dat ik het herken als het de kop opsteekt, zonder dat ik daarvoor continu hoef te denken: signaal x, y, of z mag zich niet voordoen. Maar daar heb ik alle vertrouwen in want de eerste keer dat ik het belangrijkste signaal herkende, was ik op dat moment ook niet heel bewust met mijn stoornis bezig. Toen was ik helemaal niet met dat signaal bezig, of op zoek naar signalen, maar ik ontdekte er dus wel eentje. Juist omdat ik er regelmatig over had nagedacht, maar niet krampachtig.

Want ook daar ben ik me bewust van geworden: krampachtig op signalen letten heeft geen zin. Dan gaat die vervelende stoornis toch weer de hoofdrol spelen die hij niet verdient. En dat wil ik natuurlijk voorkomen. Gelukkig zijn er nog maar weinig signalen waarop ik nu moet letten en zijn die zonder al te veel bewuste aandacht te herkennen. Dus hoeft mijn antenne niet altijd scherp te staan. Ik kan er namelijk op vertrouwen dat ik de signalen herken als ze zich voordoen. En dat geeft rust en nog wat meer, maar daar kom ik later dus op terug.

~~~

Afbeelding van Quang Le via Pixabay

En daar was de dip weer

Ging het iedere dag bloggen in januari nog zo fijn, op 1 februari was daar tot vandaag ineens weer die dip. Ik heb deze week nog wel een avond geschreven maar dat was niet voor hier. Daar volgt ongetwijfeld later meer over. Ik blijf het een raar iets vinden, dat bij mij soms, zeg maar regelmatig, de zin om te bloggen vergaat. Normaal verheug ik me er de hele dag al op dat ik mag bloggen, maar ineens is dat weg.

Ik moet toch eens overleggen met mijn behandelaar bij de ggz of dat misschien ook iets met mijn bipolaire stoornis te maken kan hebben. Dit is immers een schommeling in mijn stemming. Weliswaar gelukkig lang niet zo heftig als bij een manie of een depressie en ik weet zeker dat geen van die twee nu aan de hand is. Dit is gewoon een dip, niet meer en niet minder.

En ik hoef me er ook geen zorgen om te maken want de remedie ken ik allang. Gewoon gaan bloggen of schrijven, dan komt de lol vanzelf weer. En als ik een paar avonden lol heb gehad met bloggen, dan komt ook het verheugen op bloggen voorafgaand aan het bloggen weer vanzelf.

Het is is eigenlijk gewoon een kwestie van de draad weer oppakken. En ik ben blij dat ik dat nu snel doe want ik vind bloggen of schrijven gewoon veel te leuk om niet te doen. Dus het is vooral een kwestie van dat gat tussen blogs of schrijfopdrachten zo klein mogelijk zien te houden. Als je over gewoontes leest, lees je vaak dat één keer een dag overslaan mag, maar dat twee dagen overslaan een dag te veel is. Dat zou ik aan kunnen houden, maar ik vind het eigenlijk te streng. Alhoewel, misschien ga ik het de komende tijd wel als devies gebruiken.

Hoe dan ook: ik heb het idee dat ik nog zo veel over bloggen kan leren en dat ik daarbij al doende heel veel plezier ga beleven. Het is toch zonde om mezelf dat te ontzeggen?

De kop is er weer af. Morgen verder.

~~~

Afbeelding van Republica via Pixabay