Oren uit laten spuiten en een leesplan

Eén van de nadelen van hoorapparaten is dat de oorstukjes je gehoorgang zo’n twee derde van de dag blokkeren. Daardoor hoopt oorsmeer zich veel makkelijker op dan zonder extra elektrische oren. Het houdt in dat ik mijn gehoor in de gaten moet houden en dan ik regelmatig mijn oren uit moet laten spuiten, meestal één keer per jaar.

Dat laatste tijd merkte ik dat ik weer minder begon te horen, dus een paar dagen druppelen en oren uit laten spuiten. Dat viel vanmiddag nog niet mee. De assistente bekeek allebei de oren: allebei verstopt. Ze begon rechts, maar er kwam nog niks. Dan maar eerst links, zodat het water zijn wekende water werk kon doen. Links ging er gelukkig wel meteen uit, maar voor rechts moest ze uiteindelijk drie keer aanzetten, met verschillende hulpstukken.

Maar het hielp wel want alles kwam eruit en ik heb het idee dat ik nu weer beter hoor en dat komt goed uit voor mijn plannen om mijn talenkennis nog wat op te halen. Daarover later meer.

Vanavond heb ik trouwens Biggles in the Baltic uitgelezen en mijn lezing voor de bijeenkomst overmorgen begint steeds meer vorm te krijgen. En wat ben ik blij dat ik plan van een paar jaar oud nu eindelijk uitvoer. Toen ik mijn Engelstalige Johns collectie eindelijk compleet had, wilde ze dus allemaal gaan lezen. Elke maand eentje. Nu ben ik eindelijk begonnen. En wat blijf ik de boeken mooi vinden. Zeker als ik ze afwissel met andere boeken, ga ik daar jarenlang veel plezier aan beleven. En misschien af en toe een lezing over geven, of een artikel over schrijven in Biggles News Magazine.

En nu ik het boek uit heb, ben ik ook heel benieuwd wat Owen Dudley Edwards er in British Children’s Fiction in the Second World War over te zeggen heeft. Op meerdere plekken, meerdere pagina’s. Ik had er verder nog niet uitgebreider naar gekeken omdat ik met bladeren al merkte dat het spoilers bevatte. Dat maakt nu niet meer uit. Dan kan ik dat nog mooi meenemen in mijn lezing.

~~~

Afbeelding van pasja1000 via Pixabay

Biggles luistert radio

Iets wat ik leuk vind aan een fictief boek is dat er soms verwijzingen naar de werkelijkheid buiten een boek in staan. Dat kom ik nu ook tegen in Biggles in the Baltic. Biggles, Algy en Ginger luisteren naar de radio. Hoe mooi is het dan dat je precies die uitzending van lang geleden nog kunt vinden op YouTube. En er zit ook duidelijk een koppeling in met de situatie in Oekraïne. Ik ben er al een paar dagen zoet mee en morgen pak ik er nog de dikke pil van Owen Dudley Edwards bij: British Children’s Fiction in the Second World War. Ga ik die eindelijk bestuderen, na al die jaren op een gordijnkap te hebben gestaan, oké, hij staat er nog op, maar morgen niet meer. Dat wordt een leuke lezing, zaterdag.

Je zult begrijpen dat ik zin heb in de Jaarlijkse Algemene Ledenvergadering van de International Biggles Association en aansluitende 79e openbare Biggles-meeting in gebouw De Bron, Vogelplein 1, Amersfoort. De JALV begint om 11:00 uur, de meeting om 13:00 uur en zal ongeveer twee uur duren.

Mijn lezing is bijzaak. Het gaat vooral om de presentatie van Door het oog van de zandloper deel 1. Geschreven en geïllustreerd door Harry Sluyter. In stijl van Biggles, hoewel zonder hem maar met W.E. Johns zelf. Die heeft tussen het schrijven van al die boeken namelijk tijd gevonden om nog de nodige avonturen te beleven. Ik heb weleens wat van Harry gelezen en dat smaakt naar meer. Ik kijk dus erg uit naar zaterdag. En er volgen nog drie delen, dus voorlopig kan ik mijn lol op.

En natuurlijk blijf ik Biggles en andere boeken van Johns lezen. Daar had ik nog een leuk idee over, maar dat houd ik nog even voor mezelf. Het lijkt me handig om het eerst te testen voor ik het van de daken schreeuw, of van mijn blog natuurlijk.

Zou ik bijna vergeten te vertellen dat er zaterdag ook nog een quiz is, gebaseerd op In 80 dagen de wereld rond van de BBC.

Met kleine tentoonstelling van Canadese Biggles-boeken.

~~~

Afbeelding van Gerhard G. via Pixabay

Goede voornemens reprise

Op Twitter vroeg ik me vanmiddag half gekscherend af of het zo slecht ging met mijn goede voornemens doordat ik mijn lijstje met die goede voornemens voor 2022 al sinds 22 februari niet meer had aangeraakt. Het kan best. Vandaar dat ik ze er nu weer dagelijks bij pak nadat ik mijn medicijnen heb ingenomen. Dat gaat namelijk gelukkig wel elke dag goed.

Ik wil namelijk weer werk maken van mijn goede voornemens. We zijn al halverwege de derde maand van het jaar en van veel goede voornemens heb ik eigenlijk geen idee of ik voortgang heb gemaakt. Ja, ik weet het wel, maar ik heb het niet gedocumenteerd. En dat terwijl ik weet dat het documenteren van mijn goede goede voornemens mij juist zo’n goed gevoel geeft.

Voor de goede orde: mijn goede voornemens zijn dingen die ik iedere dag wil doen. Wandelen gaat prima, maar veel andere dingen gaan maar zo, zo. Ik ben bijvoorbeeld te weinig met Anki bezig, ik doe te weinig aan Frans, maar zie mijn post van gisteren. En zo kan ik nog wel even doorgaan.

Mijn idee is dat het openen en invullen van het lijstje in Excel mij weer extra motivatie gaat geven. Ik gebruik een bewerking van een lijstje van Elja en ik moet zeggen dat ze iets verdomd motiverends heeft bedacht. Iedere keer dat je een 1 invult omdat je dat die dag hebt gedaan, kleurt de cel groen en telt het bovendien op bij eerdere keren dat je bijvoorbeeld hebt geblogd. Voorwaarde daarvoor is natuurlijk wel dat je het lijstje bijhoudt. En dat heb ik dus niet gedaan. Van mijn blogdrift is in het lijstje dan ook weinig te vinden.

Nu kan ik natuurlijk aan de hand van WordPress wel zien wanneer ik allemaal heb geblogd maar het kan best zijn dat ik een streep onder de dag van gisteren zet en dat ik vandaag met een schone lei opnieuw begin. Daar denk ik nog even over na. Maar ik open het lijstje vast.

~~~

Afbeelding van hojun Kang via Pixabay

Mijn Frans ophalen met CHANSONS!

Deze week heb ik CHANSONS! van Matthijs van Nieuwkerk en Rob Kemps uitgelezen. Bijzonder hoe Kemps belangstelling heeft gekregen voor de Franse taal: omdat hij Jacques Brel hoorde zingen en verkocht was. Nou ken ik wel meer mensen die helemaal gek zijn van Franse chansons en daardoor belangstelling hebben gekregen voor de Franse taal. En ook hier kwam de zanger niet uit Frankrijk: Adamo. Maar dat, zo leerde ik van tv-serie en het boek, is een kenmerk van het chanson: de vertolkers komen lang niet altijd uit Frankrijk.

Mijn eigen belangstelling voor de Franse taal komt niet uit het chanson. Door mijn slechte gehoor ben ik misschien wel te vergelijken met Rob Kemps voor hij Frans ging studeren in Frankrijk. Ik vind veel chansons prachtig klinken maar ik versta er geen biet van. Nee, ik moet het correct formuleren: ik kan er geen woorden van maken. Dat heeft deels te maken met het wegzakken van mijn kennis van de Franse taal in die ruim twintig jaar dat ik nu van school ben. En ik ben al bijna net zo lang niet maar in Frankrijk geweest. Ook dan zakt er weleens wat weg. Zeggen de Engelsen niet: use it or lose it?

Maar een minstens net zo’n groot probleem is dat mijn gehoor verder achteruit is gegaan. Kijk ik op tv naar een Nederlandse serie, dan moet er ondertiteling bij. Engels op tv? Ik lees mee met de ondertiteling. En ook in gesprekken waar ik naar luister of die ik zelf met anderen voer, mis ik regelmatig iets. En dat maakt een nieuwe taal leren natuurlijk lastiger. Het gaat immers om lezen en schrijven én om spreken en luisteren. En die laatste twee zijn misschien nog wel het belangrijkste. Dat maakt het ophalen van mijn Frans niet eenvoudig en maakt het ophalen van Latijn aantrekkelijk. Immers: dat hoef ik alleen maar te kunnen lezen.

Toch wil ik naar Frans kijken. Ik ben een tijdje bezig geweest met de Fluent Forever app naar het gelijknamige boek van Gabriel Wyner. Het zal best werken, maar ik vond het vooral erg saai. Swipen, swipen, swipen en af en toe uit verveling een woordje nazeggen. Ik heb de app al zeker een maand niet meer geopend, terwijl er toch echt wel leuke dingen bij zitten, zoals het zelf maken van zinnen. Maar ook dan is het vooral klikken en weinig actief iets doen.

Het idee te leren met chansons spreekt me echter wel aan. Desnoods in combinatie met een saaie app. Misschien lukt het me dan wel om mijn Frans op te halen.

Wordt vervolgd.

Biggles en meer: verzamelen en lezen

NL: Biggles’ geheime opdracht

In 1999 werd ik lid van de International Biggles Association om mijn verzameling Prisma Biggles-pockets compleet te krijgen. Ik had toen nog niet het plan om zelf vertalingen aan die reeks toe te voegen maar dat idee kreeg ik wel al snel toen ik twee niet eerder vertaalde boeken kon aanschaffen via de I.B.A.

Toch waren dat niet mijn eerste Engelstalige Biggles-boeken. Ik had in 1996 al een paar Engelstalige pockets aangeschaft op de Deventer Boekenmarkt. Toen gewoon gekocht omdat het me leuk leek om iets van Biggles in het Engels te hebben. Het idee om Biggles in het Engels te gaan verzamelen kwam pas toen ik ging vertalen. Die drang tot verzamelen werd heviger door de ontdekking dat Captain W.E. Johns nog veel meer had geschreven dan Biggles: Worrals, Gimlet, Steeley, zelfs een sciencefictionserie. En (toen) niet of nauwelijks in het Nederlands vertaald of moeilijk te vinden.

Dat moest verzameld worden, dat moest ik verzamelen, om het juister te zeggen. In het begin ging het snel: er was een twintigdelige pocketserie van Red Fox die ik natuurlijk aanschafte, er was een illegale reeks paperbacks die uit de handel is genomen. In die reeks zouden vijfentwintig delen verschijnen, maar het bleef bij dertien delen. Ik kon ze net op tijd komen, voor ze wegens problemen met de rechten uit de schappen verdwenen. Daarna werd het even rustiger. Af en toe een boek in Deventer en bij Biggles-bijeenkomsten. Pockets, hardbacks. Langzaam werd het toch een verzameling.

Die verzameling kreeg een boost door de veiling van de collectie van Marvel, de vrouw met wie ik mijn eerste drie boeken vertaalde maar die helaas maar 52 is mogen worden. Op die veiling kocht ik een stuk of vijfenveertig boeken. Dat was in oktober 2008 en misschien kreeg ik daarna wel het idee om ook in het Engels voor een complete collectie te gaan. Voor de duidelijkheid, dat zijn 165 boeken.

Langzaam maar zeker lukte het. De serie werd compleet dankzij Ebay. Dat zal een jaar of vier geleden zijn geweest. Van één boek heb ik alleen een vertalerskopie omdat de prijs voor dat boek me echt te gortig was.

Toen was mijn verzameling dus compleet. Wat nu? Het antwoord is al een tijdje heel simpel: lezen. Omdat ik vaak veel boeken tegelijk kocht, belandde er altijd wel een aantal ongelezen in de boekenkast. Vandaar dat ik al tijden rondloop met het idee om iedere maand een boek van Johns te gaan lezen in het Engels. Kan ik een aantal jaren mee vooruit, zeg maar. In januari ben ik dan eindelijk begonnen en las ik Gimlet goes again, het volgende boek dat ik met Roger ga vertalen.

In februari had ik een dip en nu lees ik Biggles in the Baltic. Ik ben van plan er een lezing over te maken voor de 79e Openbare Biggles bijeenkomst, volgende week zaterdag, 19 maart 2022, in De Bron, Vogelplein 1, Amersfoort. En ik ben van plan om in Biggles News Magazine een serie te beginnen over mijn leesavonturen met de boeken in het Engels.

Iedere dag bloggen: een definitie. Of: dagen overslaan, mag dat?

Als je weleens wat over gewoontes aanleren of juist afleren leest, en ik kan zeggen dat ik dat heb gedaan, dan kom je onvermijdelijk een aantal discussies tegen. Hoe vaak moet je iets gedaan hebben voor het een gewoonte wordt? En: hoeveel dagen mag je overslaan voor je een gewoonte doorbroken hebt?

In het boek waarmee het voor mij allemaal begon, Zen habits – mastering the art of change van Leo Babauta, dat ik in eerste instantie in blogvorm volgde bij Peter Pellenaars, trekt Babauta vijf weken uit om zijn lezers een weinig tijdrovende gewoonte aan te leren. Vijf minuten wandelen, een glas water drinken enz. In de eerste week (oftewel zeven hoofdstukken uit het boek) wordt het fundament gelegd voor de gewoonte. Het is allemaal nog voorbereiding. Je begint nog niet aan je gewoonte. Maar ik zal vast niet zijn enige lezer zijn geweest die vanaf hoofdstuk één al enthousiast is begonnen.

In week twee t/m vijf is het wel de bedoeling dat je je kleine gewoonte dagelijks uitvoert. Babauta bespreekt in die weken allerlei valkuilen en methodes om die valkuilen te vermijden. Het hoeft allemaal niet spectaculair, als je je kleine gewoonte maar uitvoert. Later, als de gewoonte eenmaal in je systeem zit, mag je die gaan uitbreiden.

Maar wanneer zit een gewoonte dan in je systeem?

Babauta zegt dat als je vier weken je nieuwe gewoonte succesvol uitvoert en je haalt daarbij een succespercentage van 75 tot 80 procent en je slaat geen twee dagen achter elkaar over, dan heb je succesvol een nieuwe gewoonte aangeleerd. Dan kun je volgens hetzelfde principe een nieuwe kleine gewoonte aanleren. Op je eerste gewoonte moet je volgens Babauta dan nog zes weken alert blijven. Dan zit de gewoonte helemaal in je systeem.

En in Good habits, bad habits van Wendy Wood las dat veertig keer iets doen een goede voorspeller is of iets vaker zult blijven. Dat bleek althans bij een onderzoek naar het doneren van bloed. Volgens Wood kon het ook voor andere dingen. Zo bezien is de kans dat dit niet mijn laatste post is natuurlijk groot.

Ik combineer de bevindingen van Babauta en Wood tot: ik ben een dagelijkse blogger als ik 40 dagen na de start van de poging 32 dagen heb geblogd (= 80 procent) en ik heb nergens 2 dagen achter elkaar over geslagen. Daarna bekijk van maand tot of ik volgens deze maatstaf nog steeds iedere dag blog.

~~~

Afbeelding van dmvl via Pixabay

Ietsjes langer

Een paar weken geleden zag ik ’s avonds toen ik naar bed ging dat mijn kussen bebloed was. Ik wist meteen hoe laat het was en dat lag niet aan de wekker op het nachtkastje. Nee, ik wist dat het aan het oorstukje van mijn linker hoorapparaat lag. Daar had ik al eerder problemen mee gehad en al een keer een nieuw laten maken. Dat hielp nog niet helemaal, maar oorschelp bleef beschadigd. Vervolgens nog een beetje bij laten schaven en dat leek te helpen.

Tot twee, drie weken geleden dus toen mijn kussen bebloed was. Precies op de plek waar ik met mijn linkeroor had gelegen. Vreemd genoeg had ik van tevoren nauwelijks gemerkt dat het oorstukje te strak zat. Wel strak, maar niet te stak, dacht ik. Al moest ik toegeven dat mijn oor de week daarvoor wel af en toe zeer had gedaan als ik het toestel uitdeed voor ik naar bed ging. Er was dus wel iets aan de hand. Maar wat was nu wijsheid? Ik kon een nieuw oorstukje laten maken, maar daarvoor moest de oorschelp eerst weer genezen zijn. Dat zou een paar weken duren. Ik had van de vorige beschadigingen in mijn oor een truc geleerd. Als ik het oorstukje niet helemaal in het oor drukte, bleven de beschadigde plekken vrij en konden ze genezen. Dit had ook als voordeel dat het uitdoen geen pijn deed.

Dat heb ik dus een paar weken gedaan en inmiddels is mijn oor genezen. En zijn de batterijtjes bijna op. Maar ook heb ik het slangetje dat oorstukje en hoorapparaat met elkaar verbindt laten vervangen. Ik heb nu een iets langer slangetje. En nu kan ik het oorstukje wel helemaal in mijn oor duwen zonder dat het pijn doet. Het lijkt er op dat het vorige slangetje te kort was waardoor er constant aan het oorstukje getrokken werd. Dat oorstukje schuurde daardoor min of meer tegen de binnenkant van mijn oorschelp aan waardoor beschadigingen ontstonden.

Dat lijkt nu verholpen. Alleen komt het hoorapparaat nu regelmatig achter mijn oor vandaan als ik omlaag kijk en hangt het dan in het luchtledige. Misschien toch nog een keer proberen met een iets korter slangetje. Maar niet te kort.

~~~

Afbeelding van mcmurryjulie via Pixabay

Motivatie

Dat was even schrikken gisteren, zo erg dat ik zelfs verkondigde dat de lente over een week zou beginnen. Dat is natuurlijk pas over twee weken. Maakt ook niet uit. En wat dat schrikken betreft: vandaag is het stof neergedaald en is het allemaal niet zo erg als het lijkt. Om er nog maar een cliché tegenaan te gooien, uit zoiets kun je alleen maar sterker uitkomen. Daar ga ik dan maar van uit.

En natuurlijk valt mijn leed dat eigenlijk geeneens leed was, maar gewoon iets wat me even rauw op het dak viel in het niet bij alle ellende die de mensen in Oekraïne nu moeten doorstaan. Na Joegoslavië in de jaren negentig gaat het nu dus weer mis in Europa. Ik probeer het zo goed mogelijk te volgen allemaal, maar ik vind het tegelijkertijd lastig. Ik begrijp gewoon niet wat iemand bezielt om een een ander land binnen te vallen. Er is simpelweg geen excuus of reden om een ander land binnen te vallen.

Daarom vind ik het moeilijk te bevatten. We volgen het hier op de voet maar dat ik een Einzellganger en binnenvetter ben, helpt er niet aan. Ergens zou ik de barricaden op willen, maar zo ben ik niet. Dan maar Giro555. Maar zoals ik tegen mijn werkgever zei: ik probeer toch te helpen wie ik helpen kan. En misschien is mijn boek wel die manier. Dat besef komt steeds duidelijker binnen. Nee, het wordt geen wereldwijde bestseller,dat weet ik natuurlijk ook wel en schreef ik al eerder, maar op kleine schaal is het ook al heel mooi.

Natuurlijk ga ik me inzetten om mijn boek bereik te geven maar ik ga de verwachtingen niet opkloppen. Maar nu Oekraïne brandt, wil ik steeds meer helpen. En dat ga ik doen ook. Ik ga deze week eerst maar eens aan mijn eerste proeflezer vragen of ze het hele boek inmiddels heeft gelezen zodat ik weer aan de slag kan.

~~~

Afbeelding van Henning Westerkamp via Pixabay

Pak ik mijn boek weer op of nog niet?

Morgen had ik weer verder willen gaan met redigeren van mijn boek maar ik ben er nog niet helemaal uit of ik dat ook daadwerkelijk ga doen. Er zijn wat dingen tussengekomen die ook belangrijk zijn en die dus ook aandacht vragen. Ik weet alleen op voorhand nog niet hoeveel tijd die aandacht mij gaat kosten dus dat moet ik komende week bekijken.

Ik heb in ieder geval voor mijn boek al een paar belangrijke aanwijzingen gekregen waar ik absoluut mee vooruit kan en wil omdat het boek er denk ik beter van wordt. Die ga ik wel opvolgen maar dat gaat wat tijd kosten omdat ik het hele boek hardop aan mezelf moet voorlezen om de meeste kans te maken dit euvel te verhelpen. Nu weet ik dat hardop voorlezen sowieso geen kwaad kan en eigenlijk had ik het allang moeten doen maar ik doe het te weinig. Mea culpa.

Dat betekent dat ik er ook nog meer tijd voor moet uittrekken dan ik had verwacht en gehoopt. Kan geen kwaad als het er beter van word en leuk en leerzaam ga ik het ook vinden maar het is even de vraag wanneer ik er de tijd voor ga nemen. En mijn eerste proeflezer van zeg maar de tweede ronde heeft nog geen commentaar geleverd op het hele boek dus ook daar twijfel ik. Ik had geen deadline afgesproken dus ik vind het wat lastig om nu navraag te doen. Gelukkig kan ik alvast aan de slag met de tip van het hardop lezen. Net als met de tip over de namen van de personen die in het boek voorkomen. Ik kan dus vooruit. Maar is het handig om nog even te wachten en dan alles in één keer door te nemen, of nu alvast beginnen, terwijl ik nog niet weet of ik tijd heb? Tijd, of beter gezegd: geconcentreerde aandacht. En bij die tijd heb ik mijn hernieuwde blogdrift nog niet eens bij gerekend.

Ik slaap er nog minimaal een nachtje over en volgende week maandag begint bovendien de lente. Dat zou ook een symbolisch moment kunnen zijn om mijn boek weer op te pakken.

~~~

Afbeelding van Michal Renčo via Pixabay

Bloggen, lezen en wandelen

Bloggen, lezen en wandelen, dat gaat hopelijk mijn nieuwe dagelijkse ritueel worden. Wandelen lukt me al bijna zeven jaar vrijwel dagelijks, dat bloggen en lezen gaat me een stuk moeilijker af, maar toen ik gisteren besloot dagelijks te gaan bloggen, toegegeven: voor de zoveelste keer, realiseerde ik me meteen dat ik ook graag weer dagelijks lees. Ook hier een moeizaam verleden maar zoals Queen al zong in I want to break free: “I’ve been married for the fourth time, but I know this time it’s for real.” Dat dus.

Ik ga met de flow en ik ga ik er ook al mijn kennis instoppen die ik heb opgedaan over gewoontes, want dit gaat me lukken. Ik weet niet hoe lang ik deze drie dingen elke dag vol ga houden, maar ik ga ervoor doen wat ik kan. Want er valt nog zo veel moois te lezen of te herontdekken, prachtige wandelingen te maken zoals vandaag langs de Mariapeel waar we een nieuw oorlogsmonument tegenkwamen ter herinnering aan in de Peel neergestorte RAF-vliegers. Mooi en indrukwekkend. Zie afbeelding.

Zo ontdek ik vaak als ik wandel iets nieuws. In de omgeving of in mijn gedachten omdat ze letterlijk alle kanten opgaan wanneer de grond onder mijn schoenen voorbijgaat. Hetzelfde heb ik met lezen. Dat is voor mij ook een ontdekkingstocht. Dat kan in de vorm zijn van iets wat ik wil weten als ik non-fictie lees. Zoals ik me nu wil laten meevoeren door de wereld van Franse levenslied via het boek Chansons! van Matthijs van Nieuwkerk en Rob Kemps. Omdat ik van de Franse taal houd maar er te weinig mee doe. En rust roest. Dus wil ik mijn Frans weer ophalen, maar daar kom ik binnenkort ongetwijfeld terug.

Ook van fictie kan ik enorm genieten, zoals van De brief voor de koning van Tonke Dragt. Vroeger wil ik gek op op kastelen en ridderverhalen gaan er dus gretig en dit boek smaakte absoluut naar meer. Meer van Tonke Dragt en meer van de middeleeuwen.

En omdat lezen mee zo veel heeft gebracht, de Biggles-vertalingen om nog maar iets te noemen, vind ik het zonde dat het me zo veel moeite kost om er een dagelijkse gewoonte van te maken. Vandaar dat ik nu bedacht heb om het te koppelen aan bloggen. Gisteren en vandaag is het in ieder geval gelukt. Voorlopig concentreer ik me als dagelijkse gewoontes op wandelen, bloggen en lezen.