Aanloop naar Ovidius’ Metamorphosen

Eigenlijk kan ik me weinig meer herinneren van mijn lessen Grieks en Latijn. Docenten zijn blijven hangen en een paar citaten. Dat is het wel. De eerste Lectio uit Redde Rationem begon met een verhaaltje dat Serpens in horto heette. Dat grap was dat die slang al in de tuin was, als hij nog op weg was geweest naar de tuin had er serpens in hortum gestaan. Dat was de eerste kennismaking met de werking van naamvallen.

Verder zijn me de nodige woorden en vervoegingen bijgebleven zoals ik zie video, vides, videt, videmus, videtis en vident plus nog een paar citaten. O tempora, o mores! (o tijden, o zeden!) waarmee Cicero’s aanval op Catilina begon. Gutta cavat lapidem, non vi sed saepe cadendo. Een waterdruppel holt een steen niet uit door geweld maar door vaak te vallen. Ceterum censeo Carthaginem esse delendam van Cato de Oude. Overigens ben ik van mening dat Carthago vernietigd moet worden.

Van Grieks herinner ik me vooral dat als ik iets in het Grieks moet schrijven, ik het naderhand amper kon lezen. En dat we in de 4e klas altijd een aangekondigde onverwachte schriftelijke overhoring kregen de les nadat het proefwerk besproken was. En dat we om het geschonden vertrouwen op te vijzelen met enige regelmaat in de Septuagint lazen. Dat was Kerkgrieks, dus wat eenvoudiger.

Al met al waren Latijn en Grieks toch vooral talen en die lagen mij op de middelbare school. Grieks liet ik na de 4e vallen, maar dan hield ik toch nog Nederlands, Engels, Frans, Duits en Latijn over. Nu vrees ik dat die talen enigszins weggezakt zijn, vooral Duits en Latijn omdat ik die het minste ben blijven gebruiken na mijn diploma. Laatst heb ik weer iets met Frans gedaan en dat ging redelijk moeizaam.

Daarom denk ik na over hoe ik mijn kennis van deze talen weer op kan vijzelen. Ik heb de laatste maanden van alles over leren geleerd en dat kan misschien wel toegepast worden op talen.

Maar dat is voor later zorg. De teksten die we bij Grieks en Latijn lazen, spraken me aan en vandaar dat ik in navolging van Hendrik-Jans Divina Commedia project zelf ook iets wilde beginnen. Eigenlijk had ik dus vandaag namelijk willen starten met mijn bespreking van Metamorphosen van Ovidius. Gezien bovenstaande wil ik wel gebruik maken van Nederlandse vertalingen. Dit weekend eerst een planning maken en wat inleidingen lezen.

#50books 3-16: boeken uit de aanbieding

Spring je ook uit de band bij de boekenopruiming?

Dat is Hendrik-Jans derde vraag in #50books jaargang 2016. Eerlijk gezegd was het hele fenomeen boekopruiming nieuw voor me. Tenminste, in die zin dat boeken op bepaalde momenten in het jaar net als kleding in de aanbieding zijn. Daar was ik me niet van bewust. Mijn antwoord op deze vraag kan dan ook kort zijn: nee.

Toch zie ik in boekhandel wel regelmatig een bak met afgeprijsde boeken liggen. Daar snuffel ik dan doorheen, maar ik vind zelden iets van mijn gading. Om redenen die ik vorige week aangaf, probeer ik al enige jaren het aanschaffen van papieren boeken tot een minimum te beperken wat tot gevolg heeft dat ik vaker e-books aanschaf. Maar ook hier laat ik me niet leiden door aanbiedingen of door de maandelijkse overzichtspost van Raymond Snijders van waar de papieren top 5 uit de Bestseller 60 het goedkoopst te krijgen is als e-book.

Nee, ik ben geen boekenkoopjesjager. Wat niet wil zeggen dat ik altijd de prijs betaal voor een boek die door de uitgever vastgesteld is, maar dat heeft er meer mee te maken dat ik mijn boeken voor een groot gedeelte tweedehands heb gekocht. Wat overigens niet wil zeggen dat ik dan altijd goedkoop uit ben.

Zo maakte AbeBooks een aantal jaren geleden bekend dat een eerste druk van het allereerste Biggles-boek, The Camels are coming uit 1932 maar liefst 17.500 Amerikaanse dollar had opgebracht. Ik was niet de koper en ook niet de verkoper.

Ik wil maar zeggen, soms ben je tweedehands goedkoper soms een beetje duurder. Zo had ik er het afgelopen zaterdag tijdens de Arendsoog nieuwjaarsborrel over dat ik erover dacht om binnenkort iets van Captain W.E. Johns aan te schaffen. “Dat boek kost maar 80 euro, dus dat is te doen.” De reactie van mijn gesprekspartner: “Als je dat tegen mijn vriendin zegt dan verklaart ze je voor gek, maar ik begrijp je.”

A mind for numbers: eerste indrukken

Deze week ben ik dan begonnen met A mind for numbers van Barbara Oakley, het boek dat aan de basis stond van de MOOC Learning how to learn die ik in november volgde.

Ik heb pas drie van de achttien hoofdstukken gelezen maar tot nu toe bevalt het prima. Oakley heeft een prettige, humoristische en persoonlijke schrijfstijl die ervoor zorgt dat ik behoorlijk in het boek gezogen wordt. Het is dat ik vandaag een behoorlijk stijve nek had en dat jammer genoeg ook bij het lezen wat voel – en bij het typen – anders had ik vandaag flink meters gemaakt.

Wat me aan het boek aanspreekt, is dat het actiever is dan de MOOC. De MOOC was toch vooral korte filmpjes met uitleg kijken – boeiende en interessante filmpjes en op een aanstekelijke manier verteld, dat wel. Daarnaast werd je kennis regelmatig getest met multiple choice vragen. Al met al een prima combinatie, zo bleek toen ik laatst de eindtoets opnieuw maakte.

Het boek is actiever. Er staan in elk hoofdstuk meerdere Now you try! fragmenten waar je met een kleine opdracht kunt proberen de theorie toe te passen. Erg leuk en meteen een aansporing om Now you try! te blijven proberen. Het leuke is dat het weinig moeite kost om ideeën voor toepassingen buiten het boek te vinden.

Daarnaast eindigt elk hoofdstuk met een Pause and recall opdracht. Zelf (aan iemand) vertellen wat je net gelezen/geleerd hebt, is namelijk een erg effectieve manier om dingen te onthouden. Sinds het lezen van Lezen, weten en niet vergeten van Mark Tigchelaar en het volgen van de MOOC pas ik deze theorie en het geeft me echt het idee dat ik wat ik leer beter onthoud en toepas.

Dit gezegd hebbende ben ik benieuwd of het boek ook nog nieuwe technieken brengt ten opzichte van het college, of dat alleen maar zorgt voor verdieping en me nog meer ermee aan de slag laat gaan. Dat laatste lijkt mij op zichzelf trouwens al mooi.

Tijd en veranderingen

Toch een heel kleine mijlpaal om bij stil te staan: ik ben vandaag precies een maand elke dag aan het bloggen. Vanaf eind november al regelmatiger en na een pauze van drie dagen besloot ik vanaf 14 december elke dag te gaan bloggen. Tot nu toe is dat elke dag gelukt. Het was niet de verandering die ik eind november beoogde maar ik ben er wel blij mee.

Ik wil nog even afwachten voor ik de symbolische vlag uithang want ik heb natuurlijk een tijdje in de Zen habits methode van Leo Babauta een aardig onderwerp gehad. Toch denk ik dat het me wel zal lukken om ermee door te gaan, dat lukt me met wandelen immers ook nog steeds.

Over nieuwe veranderingen wil ik nog even nadenken. Dat wat ik eigenlijk wilde veranderen eind november is nog niet helemaal gelukt. Toch heb ik ook daar het vertrouwen dat het zal lukken.

Tijd

Daarna ga ik stapsgewijs nieuwe dingen aanleren en oude gewoontes afleren. Wat ik ook ga doen, is nagaan hoe effectief ik mijn tijd besteed. Ik denk dat hier een flinke winst te behalen is die alleen maar ten goede kan komen van nieuwe gewoontes. Een paar dingen die ik eigenlijk wil gaat tijd kosten. Vandaar dat ik er nu over nadenk mij na A mind for numbers van Barbara Oakley te gaan verdiepen in Geen tijd, geen geld, toch doen van Marcel van Driel.

Metamorfose

Over verdiepen gesproken. Waar ik het vorige week woensdag over had. Dit weekend pak ik Ovidius’ Metamorphosen erbij en vanaf volgende week woensdag komt daarover mijn eerste blogpost. Dat staat. Hoe lang ik de beoogde reeks ga volhouden, weet ik nog niet. Ik ga beginnen en zie wel waar het eindigt.

Wat mijn boekenkast over mij vertelt #50books – vraag 2

Wat vertelt jouw boekenkast over jou?

Dat is Hendrik-Jans 2e vraag in #50books editie 2016. Het korte antwoord is dat mijn boekenkast over mij vertelt dat ik ik gek ben van Biggles. Maar ja, dat kun je in de zijbalk hiernaast ook zien. Ruw geschat heb ik zeker 300 boeken van W.E. Johns. Op 5 boeken na alles in het Engels, alles in Nederlandse vertaling en daar komen er hopelijk nog vele bij want van zijn 160+ boeken zijn er nog zeker 60 die niet in het Nederlands vertaald. Johns schreef namelijk heel wat meer dan Biggles.

Wat mijn boekenkasten nog meer over mij vertellen

Voor de hand liggend: dat ik meer boeken moet lezen van de bibliotheek of over moet schakelen op e-books want ik heb een chronisch tekort aan boekenkastruimte en ik weet eigenlijk niet waar ik nog meer boeken(kasten of -planken) kwijt kan.

Een andere oplossing die ik overweeg is om boeken te ruilen voor het goede doel. Voor een prikkie kopen en dan als ze uit heb en weer in de buurt ben weer inleveren en een nieuwe leesvoorraad aanschaffen.

Niet dat ik de pretentie heb dat ik alles uit mijn boekenkasten heb gelezen. Ik durf zelfs geen schatting te maken maar ben door dit gegeven wel meer na aan het denken over waar mijn prioriteiten liggen.

Wat mijn boekenkast ook over mij vertelt is dat ik niet bepaald per se alleen maar nieuwe boeken wil hebben. Boekenbezit is wel een ding, maar dat mogen best tweedehandsboeken zijn. Circa de helft van mijn complete Arendsoog-collectie zal niet nieuw gekocht zijn. Biggles was al bijna niet meer nieuw te krijgen toen ik de serie ging lezen en verzamelen.

Ja, ik ben een echte verzamelaar. Al mijn jeugdboeken maken nog deel uit van mijn collectie. Maar die omvat niet alleen jeugdboeken. Ook romans, thrillers en al mijn studieboeken (op eentje na dat ooit in een package deal met een Biggles-vertaling verkocht aan een docent). Plus niet te vergeten verklarende woordenboeken in verschillende talen, diverse vertalende woordenboeken Latijn, Frans, Duits, Engels. Het mooie is dat ik die woordenboeken ondanks internet, Wikipedia of Google Translate nog steeds gebruik.

Zo kon ik tijdens het vertalen van van Gimlet King of the Commandos maar niet ontdekken hoe ik de titel van een bepaald hoofdstuk moest vertalen, tot ik een 60 jaar oud verklarend woordenboek Engels-Engels erbij pakte en daar de uitdrukking vond.

Al met al vertelt mijn boekenkast toch meer over mij dan ik dacht. Shelfie volgt.

Jeugdliteratuur revisited?

Een jaar lang heb ik op Literaire jeugdhelden over jeugdliteratuur geschreven. Tot ik op een dag griep kreeg, niet schreef en daarna de draad niet meer oppakte. Het format beviel me niet ook was er de vraag of ik het blog niet meer vanuit mijn manische depressiviteit had opgestart, er mensen bij betrokken had en me daarom min of meer verplicht voelde om er mee door te gaan.

Het antwoord bleek inderdaad ja te zijn, vandaar dat het blog een stille dood stierf. Maar ik heb het hoofdstuk nooit definitief gesloten. Nu ik weer probeer boeken lezen in mijn routine te krijgen, hoop ik dat ik mij niet meer door vertalingen min of meer van de (jeugd)boeken af laat houden en weer eens af en toe een young adult of prentenboek te lezen.

Mijn leeservaring delen

Wat ik van die boeken vind, kan ik dan mooi delen op Literaire jeugdhelden. Daarbij hoop ik klassiekers af te wisselen met werken van nu. Want daar ben ik razend benieuwd naar. Volgens mij zijn er genoeg spannende ontwikkelingen en getalenteerde auteurs om te volgen. Hoe dat vorm gaat krijgen weet ik nog niet, maar het idee zit al een paar weken te kriebelen in  mijn hoofd en terwijl ik dit schrijf krijg ik meteen een aantal ideeën waar ik mee aan de slag kan gaan.

De manier waarop ik de draad weer oppak zal anders zijn – meer incidenteel – maar ik hoop op die manier toch Literaire jeugdhelden nieuw leven in te blazen.

#WOT 1: verbinden

In de zomer van 1999 krabbelde ik langzaam op na wat voor mij de moeilijkste periode uit mijn leven tot dan toe was geweest. En er kwam gelukkig ook het besef dat het me wel ging lukken. Ik had er alle vertrouwen in dat mijn diploma in het aankomende schooljaar deze keer wel zou halen. En misschien wel zonder al te grote moeite.

Met dat groeiende vertrouwen nam ik mij voor leuke dingen te gaan doen. Dat was een half jaar nauwelijks gelukt. Leuke dingen doen en dat hield voor in: lezen, meer bijzonder: Biggles lezen. Wij waren toen al verbonden met het internet – weliswaar nog maar een 56k6 modem, maar toch. Ik vond op internet dan ook veel informatie over Biggles. En ik werd lid van de International Biggles Association. And – as they say – the rest is history.

Dat is toch wat kort door de bocht. Ik kon de ontbrekende Nederlandstalige deeltjes uit mijn serie aanschaffen. En een paar Engelse, die niet vertaald waren. Plus de prachtige Captain W.E. Johns Catalogus. Maar het gaat vooral om het mailtje aan de voorzitter (en schrijver van de Catalogus) dat ik na ontvangst van al dat moois stuurde. Een mailtje met complimenten en een vraag. Ik was namelijk ergens aan begonnen en de vraag die ik stelde bleek mij voorgoed met Marvel te verbinden.

Waarom zijn die boeken nog niet vertaald?

Ik was dus net begonnen maar doordat aan Marvel mailde en die vraag stelde, was er geen weg meer terug. Niet dat terug wilde. Voor mij viel dit onder leuke dingen doen. Maar we waren vanaf dat moment  min of meer verbonden in een geheim complot. Een hele tijd sprak ik er zelfs thuis niet over, maar dat viel niet vol te houden.

Het project kwam na een paar maanden stil te liggen omdat er toch een uitgever moest worden gevonden. Ik haalde ondertussen mijn diploma en vanaf augustus 2000 ging het volle kracht vooruit, nog steeds verbonden in dat complot waar slechts mijn ouders en bestuursleden van de I.B.A. vanaf wisten. Ik liet mij ook niet zien op verenigingsbijeenkomsten. Er werd aangekondigd dat er groot nieuws zou zijn op de bijeenkomst van maart 2001 en ik trad uit de anonimiteit. Ik leerde Marvel offline kennen en er hing een samenzweerderige sfeer. “Ben jij die jongen die…?” vroegen bestuursleden.

En toen het grote nieuws: tijdens de volgende bijeenkomst, die op 16 juni 2001, zal voor eerst in 29 jaar waar een niet eerder in het Nederlands vertaald Biggles-boek verschijnen.

Op die prachtige junidag mocht ik samen met Marvel vele exemplaren van Biggles en zijn basis van handtekeningen voorzien.

De jaren daarop vertaalde ik nog twee boeken met Marvel, waarna zij veel te jong overleed aan een hersentumor.

Dit was mijn bijdrage aan de WOT: verbinden

Ondergaat dit blog op woensdagen een metamorfose?

Hayden_White_11

Dat is een vraag waar ik nu al enkele uren mee worstel. Doe ik het of doe ik het niet? Maar laat ik bij het begin beginnen. Dat was toen ik het voornemen van Hendrik-Jan de Wit las om gaan bloggen over Divina Commedia van Dante Alighieri. Vanmiddag schreef hij uitgebreider over zijn plannen en ik ben heel benieuwd naar de blogs die hij over deze klassieker gaat schrijven.

Een klassieker die ook bij ons in de boekenkast staat. In vertaling van Ike Caliona en Peter Verstegen, praktisch ongelezen. Daar gaat verandering in komen. Maar ik las ook dat Hendrik-Jan zijn lezers uitnodigde zelf ook met projecten te komen. Nu wil het geval dat er bij ons in de kast nog een klassieker staat en toen ik straks aan de wandel was, kwam er een idee bij me op dat me sindsdien niet meer heeft losgelaten.

Die andere klassieker is Metamorphosen van Publius Ovidius Naso, in vertaling van Marietje d’Hane Scheltema. Net zo ongelezen als dat andere boek. Al heb ik bij Latijn wel fragmenten uit Metamorphosen gelezen. Maar ik speel dus met de gedachten er iets mee te gaan doen. Zodat ik eindelijk een stok achter de deur heb om het daadwerkelijk te lezen.

Waarom?

Meestal lees ik boeken snel maar soms ik vind het ook prettig om ze langzaam te lezen. Misschien ben ik daarom wel vertaler. Maar goed, ik wil er dieper op ingaan. Kijken wat een boek met me doet. Hoe de auteur dat voor elkaar krijgt. Wat het boek met anderen gedaan heeft.

Al met al denk ik dat ik voldoende vragen aan Metamorphosen kan stellen om een aantal (hopelijk) interessante blogs te schrijven. Ik vermoed zelfs dat het meer dan mogelijk moet zijn een link te leggen met Divina Commedia. Het mooie van zulke klassieke teksten is dat er vaak de meest wonderlijke intertekstualiteit te vinden is die je vervolgens weer op het spoor zet van nieuwe werken.

Een speurtocht

Misschien ga ik er dat wel van maken, een speurtocht door de wereldliteratuur, -geschiedenis en cultuur aan de hand van Metamorphosen. Ik weet het nog niet en daarom laat ik het plan nog een week rijpen. Haast heeft het niet: ik wil er de woensdagen voor uittrekken en ben er mogelijk heel 2016 mee zoet. We zullen zien. Ik ga in ieder geval Hendrik-Jans tocht door Divina Commedia volgen en hier aan daar van aanmoedigingen voorzien.

@foto via Wikimedia Commons met Public Domain Mark

Leesvoornemen 2016 #50books – vraag 1

apple-256261_640

Wat is je leesvoornemen voor 2016?

Dat is de eerste vraag voor #50books jaargang 2016 waarin Hendrik-Jan de Wit het stokje heeft overgenomen van Peter Pellenaars. In mijn blogpost over de Goodreads challenge 20116 van gisteren heb ik al aangegeven dat ik dit jaar 25 boeken wil lezen maar vooral beter wil bijhouden wat ik lees en me voor wat ik lees vaker door anderen laten inspireren.

En eergisteren gaf ik al aan dat wat mij betreft 2016 het jaar van de themamaanden wordt en ik zoals ik het nu zie gaat een boek de basis vormen voor elk thema.

Maar misschien is mijn belangrijkste voornemen wel dat ik mezelf wat vaker wil belonen. Wat ik daarmee bedoel? Toen ik me vorig jaar op uitnodiging van Peter voornam om dagelijks te gaan wandelen bleek dat het voor het welslagen van dat plan op de langere termijn noodzakelijk was een heel plan te ontwerpen.

Het onderdeel beloning maakte ook onderdeel uit van dat plan. Omdat ik graag meer wilde lezen, leek mij dat het mes aan twee kanten zou snijden als ik en (dagelijks) zou wandelen en zou lezen. Vandaar dat ik in het plan opnam dat ik als ik een dag zou wandelen ik die dag ook (in) een boek zou lezen.

Met het wandelen gaat het tot nu toe – ruim een half jaar later – nog steeds geweldig maar die beloning schoot er bijna altijd bij in.

Om die reden neem ik mijzelf voor mezelf dit jaar wat vaker te belonen. Drie dagen onderweg gaat dat nog steeds goed.

@foto via Pixabay met CC0 verklarinG

Mijn boeken top 3 2015 #50books – vraag 49

podium-1060918_640
Als ik terugdenk aan mijn bijna voorbije boekenjaar 2015, vallen me drie dingen op. In de eerste plaats dat me nog maar weinig titels te binnen willen schieten. Vermoedelijk komt dat ook doordat ik minder heb gelezen dan ik eigenlijk had gewild. Een punt van aandacht.

De tweede ontwikkeling die ik waarneem is dat ik meer non-fictie ben gaan lezen en dat de fictie er een beetje bij inschiet.  Ten derde ben  ik meer via mijn e-reader gaan lezen, hoewel dat niet wil zeggen dat ik geen papieren boeken meer lees of koop.

Mijn boeken top 3 2015

Dat gezegd hebbende kom ik tot onderstaande top 3. De belangrijkste vragen die ik daarvoor gesteld heb zijn: a) welke boeken hebben de meeste invloed op mij gehad en – in het verlegde daarvan – b) met welke boeken ben ik het meest aan de slag geweest?

  1. Op nummer 1 staat een boek dat voor de regelmatige lezer van dit blog waarschijnlijk niet als een verrassing komt. Het is een boek dat ik in eerste instantie niet las, maar waarover ik des te aanstekelijker las bij Peter. Zo aanstekelijk dat ik meteen besloot met hem de uitdaging aan te gaan. Uiteindelijk las ik het boek alsnog en heb ik er de afgelopen maand zelf ook een reeks blogs over geschreven. En het boek laat me voorlopig nog niet los. Een boek dat zo veel losmaakt, staat met recht op nummer 1. Het is Zen habits – Mastering the art of change van Leo Babauta. Bedankt, Peter, dat je het op mijn pad hebt gebracht.
  2. Het tweede boek in deze top 3 is een boek dat ik begin dit jaar zag liggen bij Van Piere in Eindhoven. Het leek wel een interessant boek want ik had net twee informatieve boeken had gelezen waarvan ik me luttele weken later weinig meer kon herinneren. Ik liet het boek liggen, maar het bleef door mijn hoofd spoken, zeker nadat me wat ik net beschreef bij een volgend boek opnieuw overkwam. Dus schafte ik eind augustus de e-bookversie van Lezen, weten en niet vergeten van Mark Tigchelaar aan. Ik las het geboeid, paste toe en daardoor wees het boek me als het ware een beetje de weg.
  3. Over het derde boek zeg ik niets behalve dat 2016 zijn schaduw dit jaar vooruit heeft geworpen en dat het een uitgave van de International Biggles Association is.
@foto via Pixabay met CC0 verklarinG